Gemeentelijke vzw’s in Brussel zullen beter gecontroleerd worden

Persbericht

De Commissie voor de Binnenlandse Zaken heeft haar goedkeuring gehecht aan het ontwerp van ordonnantie van Bernard Clerfayt, de Brusselse minister van Plaatselijke Besturen, dat het mogelijk maakt de controle op de gemeentelijk vzw’s te versterken en te verbeteren.

Iedereen herinnert zich nog het politiek-financiële schandaal bij Samusocial. Om te vermijden dat zoiets ooit nog zou kunnen gebeuren, had het Gewest heel strikte, te strikte, bakens goedgekeurd en ingevoerd waardoor de controle op de gemeentelijke vzw’s uiteindelijk ondoeltreffend en inefficiënt werd: administratieve overbelasting, te korte controletermijn, etc.

“Onder de emotie van de verschillende schandalen had de vorige wetgever omvangrijke maatregelen genomen naar aanleiding van de aan het licht gebrachte feiten. In de praktijk kan en moet de controle op de gemeentelijke vzw’s evenwel verbeterd worden”, stelt Bernard Clerfayt.

Om die reden heeft de Brusselse minister bevoegd voor de Plaatselijke Besturen een nieuwe ordonnantie voorgesteld die het mogelijk maakt de controle op de gemeentelijke vzw’s te versterken.

Deze hervorming is gebaseerd op twee beginselen. Het eerste controleniveau van een gemeentelijke vzw is de gemeente zelf. Het is immers aan de gemeente om zich ervan te vergewissen dat de vzw die ze opgericht heeft, de geldende wetgeving en de beginselen van goed bestuur naleeft. Niettemin gaat voor sommige vzw’s het belang van toezicht verder dan het gemeentelijke niveau, vanwege de aard van de akte, de auteur ervan of de bedragen in kwestie.

Bijgevolg wordt een onderscheid gemaakt op basis van de omvang van de vzw’s: “micro-”, “kleine” en “grote” vzw’s. Van de 120 vzw’s die het Brussels Gewest telt, zijn er 78 een micro-vzw (maximaal 10 werknemers), 38 een kleine vzw (maximaal 50 werknemers) en 4 een grote vzw.

Alle vzw’s zullen de fundamentele en oprichtingsakten van een vzw, die het grootste risico vormen voor hun financiële situatie, aan de Regering moeten bezorgen: de statuten en de wijzigingen ervan, het beheerscontract en de wijzigingen daarvan, alsook de jaarrekeningen.

De kleine vzw’s zullen eveneens alle documenten met betrekking tot overheidsopdrachten van meer dan 175.000 euro en degene in verband met hun concessies voor werken en diensten moeten overmaken, alsook een lijst met de door hun beheersorganen goedgekeurde akten.

Wat de grote vzw’s betreft: zij zijn aan dezelfde verplichtingen onderworpen als de micro- en kleine vzw’s, maar zij moeten ook de akten tot intrekking of rechtvaardiging van een opgeschorte akte; de akten van de algemene vergadering; de overeenkomsten; het aangaan van leningen en de verwerving of de vervreemding van eigendomsrechten of zakelijke rechten op onroerende goederen bezorgen. De 4 desbetreffende vzw’s, die horen bij de Stad Brussel, zijn GIAL, Brussels Expo, BME en Bravvo.

Om de controle op de vzw’s te vergemakkelijken, zullen de gedetailleerde lijsten opgesteld door de kleine en grote vzw’s met betrekking tot de akten die ze hebben goedgekeurd, overigens eveneens worden overgemaakt aan de gemeente om controle door het gemeentelijke korps te kunnen waarborgen.

“Er verandert niets voor de grote vzw’s. Dankzij deze onderverdeling zal het toezicht eindelijk uitgeoefend kunnen worden: het zal gemakkelijker zijn om de risico’s te bepalen en indien nodig in te grijpen. Brussel Plaatselijke Besturen zal trouwens, om de transparantie te verzekeren, jaarlijks een geüpdatete lijst met de gemeentelijke vzw’s publiceren”, besluit de DéFI-minister.

Meer info?
Pauline Lorbat – 0485 89 47 45