Gemeentelijk Kieswetboek: 100% digitale procedure voor verkiezingen in 2024

Persbericht

Op voordracht van Bernard Clerfayt, de Brusselse minister van Plaatselijke Besturen, heeft de Regering in eerste lezing haar goedkeuring gehecht aan een ontwerp van ordonnantie ter modernisering van het Brussels Gemeentelijk Kieswetboek. Belangrijkste vooruitgang: de burgers van een gemeente zullen kunnen stemmen in een stembureau naar keuze, zolang het zich op het grondgebied van de gemeente bevindt.

Jarenlang moest er met potlood gestemd worden; intussen stellen we vast dat ook binnen dit gebied de digitale technologie het papier vervangen heeft. In het Brussels Gewest is de “stemmachine” sinds 1994 immers de regel geworden.

En tijdens de verkiezingen van 2012 werd een nieuw IT-systeem om te stemmen getest in Sint-Gillis en Sint-Lambrechts-Woluwe. Dat systeem, dat eenvoudiger te gebruiken was dan de vorige versie, werd vervolgens uitgebreid naar alle Brusselse gemeenten voor de verkiezingen van 2018.

Niettemin is het nog steeds mogelijk om de kiesprocedure te moderniseren dankzij de digitalisering van een hele reeks procedures. En dat is de doelstelling van het nieuwe Brussels Gemeentelijk Kieswetboek.

Belangrijkste vooruitgang: het gecentraliseerd elektronisch aanstippen van de kiezers. Dit systeem zal het mogelijk maken bij de volgende gemeenteraadsverkiezingen de kiezers, wanneer ze zich melden bij het stembureau, via een centrale databank aan te stippen. Deze elektronische registratie maakt dus een einde aan de verplichting om manueel papieren aanstiplijsten bij te houden. Deze digitalisering biedt de plaatselijke besturen tal van voordelen: de garantie op een vlottere circulatie in het stembureau, een papierbesparing, een vereenvoudiging van de werkzaamheden en een daling van de kosten.

Deze digitalisering houdt evenwel vooral een ander voordeel voor de burgers in. Aangezien de hele stemprocedure voortaan digitaal zal verlopen, zal het mogelijk zijn te stemmen in een stembureau naar keuze, in zoverre dat het zich op het zelfde grondgebied als de domicilie van de kiezer bevindt.

“Technologie om de technologie heeft slechts weinig waarde, maar wanneer zij daarentegen ten dienste staat van de burgers, is zij zinvol. In dit geval zorgt de digitalisering van de volledige stemprocedure ervoor dat de kiezers kunnen kiezen in welk stembureau ze hun stem uitbrengen. Ik denk met name aan de mensen die volmachten hebben ontvangen; zij zullen niet meer naar verschillende stembureaus moeten trekken en zullen hun plicht op dezelfde plaats kunnen vervullen”, besluit Bernard Clerfayt.

Afspraak op 13 oktober 2024 in het stembureau van uw gemeente!

Meer info?
Pauline Lorbat – 0485 89 47 45

“De Toekomsten van Brussel”, het Gewest door de Brusselaars

Actualiteit
Burgerraadpleging "De Toekomsten van Brussel”

De Brusselse Regering heeft de minister van Plaatselijke Besturen, Bernard Clerfayt, gevraagd om een grote volksraadpleging te organiseren: “De Toekomsten van Brussel”. Doel: de Brusselaars raadplegen over de werking van hun instellingen aan de hand van thema’s die hen in hun dagelijks leven aanbelangen.

In de derde fase, in maart en april, worden een aantal bijeenkomsten georganiseerd om specifieke thema’s te bespreken en veranderingen voor te stellen. U vindt de data van deze bijeenkomsten in het inschrijvingsformulier.

Deelnemen aan een bijeenkomst “De Toekomsten van Brussel”

Schrijf u in via onderstaand formulier. De bijeenkomsten "De Toekomsten van Brussel" vinden plaats op plaatsen die bereikbaar zijn met het openbaar vervoer. De wijken zijn aangegeven in het formulier. U kunt zich slechts voor één bijeenkomst inschrijven.

Sportinfrastructuur

Persartikel
Pers, Het Nieuwsblad : "Gewest maakt 25 miljoen euro vrij voor sportinfrastructuur".

Uittreksel uit het artikel verschenen in Het Nieuwsblad

De Brusselse regering heeft ingestemd met een nieuwe projectoproep voor gemeenten die het aanbod van hun sportinfrastructuur willen vergroten. Dat maakt Brussels minister Bernard Clerfayt (DéFI) bekend.

[…] “Sport is een echte katalysator voor persoonlijke ontwikkeling, draagt bij tot een goede algemene gezondheid, stimuleert het zelfvertrouwen en brengt waarden bij die essentieel zijn voor het samenleven. Sportbeoefening moet een recht worden”, vindt minister Clerfayt.

[…] De gemeenten hebben tot 10 september de tijd om hun projecten in te dienen.

25 miljoen euro voor meer en beter toegankelijke sportinfrastructuur

Actualiteit
Appel à projets 2023 pour plus d'infrastructures sportives, plus accessibles

Op voorstel van Bernard Clerfayt, de Brusselse minister bevoegd voor de gemeentelijke sportinfrastructuur, lanceert het Brussels Hoofdstedelijk Gewest een nieuwe projectoproep voor de 19 gemeenten om het aanbod van sportinfrastructuur uit te breiden en te optimaliseren. De gemeenten hebben tot 10 september 2023 de tijd om hun projecten in te dienen.

Toegankelijkheid en spreiding van sportfaciliteiten

Een selectiecriterium wordt doorslaggevend: de investering gebeurt in een van de wijken die minder goed bedeeld zijn op het gebied van sportinfrastructuren.

Daartoe zal prioriteit worden gegeven aan projecten voor de bouw, renovatie, uitbreiding, reconversie of aankoop van sportvoorzieningen in wijken die minder goed bedeeld zijn op het vlak van infrastructuur. Een wijk wordt als minder goed bedeeld beschouwd als ze in vergelijking met andere wijken in het Gewest weinig sportvoorzieningen heeft.

Twee andere selectiecriteria vervolledigen de selectieprocedure van de projecten:

  • De infrastructuur heeft een supralokaal belang, waardoor de behoeften onder elkaar verdeeld kunnen worden. De modaliteiten inzake organisatie werden overlegd met een of meer gemeenten.
  • De gemeente verbindt zich ertoe een geharmoniseerd tarief toe te passen voor alle Brusselaars, onafhankelijk van de gemeente waarin ze wonen.

"Projecten die voldoen aan diverse indicatoren, zoals het verbeteren van de energieprestaties van de infrastructuur, het verbeteren van de toegankelijkheid van deze voorzieningen voor personen met een handicap of nog het uitbreiden van de openingsuren – voor 8u00 en na 19u00 –, kunnen in aanmerking komen voor verhoogde subsidies", licht de Brusselse minister toe.

Tegemoetkomen aan groeiende vraag

Gymnastiek, voetbal, atletiek, maar ook parkour, gewichtheffen of tai chi, Brussel biedt talloze mogelijkheden om een sport te beoefenen.

Toch is het duidelijk dat er, gezien de demografische druk, niet voldoende infrastructuur is om aan de vraag te voldoen en dat sportclubs vaak al voor het begin van het seizoen vol zitten. Sporten is echter een belangrijke kwestie.  “Sport is een echte vector voor socialisatie, federalisering, opvoeding en persoonlijke ontwikkeling, draagt bij tot een goede algemene gezondheid, stimuleert het zelfvertrouwen en brengt waarden bij die essentieel zijn voor het samenleven. Sportbeoefening moet een recht worden”, aldus Bernard Clerfayt.

25 miljoen voor meer sportinfrastructuur in het Brussels Gewest

Persbericht

Op voorstel van Bernard Clerfayt, de Brusselse minister bevoegd voor de gemeentelijke sportinfrastructuur, heeft de Brusselse Regering ingestemd met het uitschrijven van een nieuwe projectoproep voor gemeenten om het aanbod van sportinfrastructuur te vergroten. Het doel is alle Brusselaars de mogelijkheid te bieden om dicht bij huis aan sport te doen.

Gymnastiek, voetbal, atletiek, maar ook parkour, gewichtheffen of tai chi, Brussel biedt talloze mogelijkheden om een sport te beoefenen.

Toch is het duidelijk dat er, gezien de demografische druk, niet voldoende infrastructuur is om aan de vraag te voldoen en dat sportclubs vaak al voor het begin van het seizoen vol zitten. Sporten is echter een belangrijke kwestie.  Sport is een echte vector voor socialisatie, federalisering, opvoeding en persoonlijke ontwikkeling, draagt bij tot een goede algemene gezondheid, stimuleert het zelfvertrouwen en brengt waarden bij die essentieel zijn voor het samenleven. Sportbeoefening moet een recht worden, aldus Bernard Clerfayt.

Daarom lanceert het Brussels Gewest op voorstel van Bernard Clerfayt een nieuwe projectoproep voor de 19 Brusselse gemeenten, met één belangrijk selectiecriterium: de investering moet plaatsvinden in een van de wijken die minder goed bedeeld zijn op het gebied van sportinfrastructuren.

Daartoe zal prioriteit worden gegeven aan projecten voor de bouw, renovatie, uitbreiding, reconversie of aankoop van sportvoorzieningen in wijken die minder goed bedeeld zijn op het vlak van infrastructuur. Een wijk wordt als minder goed bedeeld beschouwd als ze in vergelijking met andere wijken in het Gewest weinig sportvoorzieningen heeft.

De selectie van projecten is ook gebaseerd op twee andere criteria:

  • De infrastructuur heeft een supralokaal belang, waardoor de behoeften onder elkaar verdeeld kunnen worden. De modaliteiten inzake organisatie werden overlegd met een of meer gemeenten.
  • De gemeente verbindt zich ertoe een geharmoniseerd tarief toe te passen voor alle Brusselaars, onafhankelijk van de gemeente waarin ze wonen.

"Projecten die voldoen aan diverse indicatoren, zoals het verbeteren van de energieprestaties van de infrastructuur, het verbeteren van de toegankelijkheid van deze voorzieningen voor personen met een handicap of nog het uitbreiden van de openingsuren – voor 8u00 en na 19u00 –, kunnen in aanmerking komen voor verhoogde subsidies", licht de Brusselse minister toe.

De gemeenten hebben tot 10 september 2023 de tijd om hun projecten in te dienen.

Meer info?
Pauline Lorbat – 0485 89 47 45

Gemeentelijke vzw’s in Brussel zullen beter gecontroleerd worden

Actualiteit
De gemeentelijke vzw’s komen vaak tegemoet aan sociale noden

De Commissie voor de Binnenlandse Zaken heeft haar goedkeuring gehecht aan het ontwerp van ordonnantie van Bernard Clerfayt, de Brusselse minister van Plaatselijke Besturen, dat het mogelijk maakt de controle op de gemeentelijke vzw’s te versterken en te verbeteren.

Het controleniveau

Deze hervorming is gebaseerd op twee beginselen. Het eerste controleniveau van een gemeentelijke vzw is de gemeente zelf. Het is immers aan de gemeente om zich ervan te vergewissen dat de vzw die ze opgericht heeft, de geldende wetgeving en de beginselen van goed bestuur naleeft. Niettemin gaat voor sommige vzw’s het belang van toezicht verder dan het gemeentelijke niveau, vanwege de aard van de akte, de auteur ervan of de bedragen in kwestie.

De omvang van de gemeentelijke vzw

Bijgevolg wordt een onderscheid gemaakt op basis van de omvang van de vzw’s: “micro-”, “kleine” en “grote” vzw’s. Van de 120 vzw’s die het Brussels Gewest telt, zijn er 78 een micro-vzw (maximaal 10 werknemers), 38 een kleine vzw (maximaal 50 werknemers) en 4 een grote vzw.

Alle vzw’s zullen de fundamentele en oprichtingsakten van een vzw, die het grootste risico vormen voor hun financiële situatie, aan de Regering moeten bezorgen: de statuten en de wijzigingen ervan, het beheerscontract en de wijzigingen daarvan, alsook de jaarrekeningen.

De kleine vzw’s zullen eveneens alle documenten met betrekking tot overheidsopdrachten van meer dan 175.000 euro en degene in verband met hun concessies voor werken en diensten moeten overmaken, alsook een lijst met de door hun beheersorganen goedgekeurde akten.

Wat de grote vzw’s betreft: zij zijn aan dezelfde verplichtingen onderworpen als de micro- en kleine vzw’s, maar zij moeten ook de akten tot intrekking of rechtvaardiging van een opgeschorte akte; de akten van de algemene vergadering; de overeenkomsten; het aangaan van leningen en de verwerving of de vervreemding van eigendomsrechten of zakelijke rechten op onroerende goederen bezorgen. De 4 desbetreffende vzw’s, die horen bij de Stad Brussel, zijn GIAL, Brussels Expo, BME en Bravvo.

Geüpdatete lijsten

Om de controle op de vzw’s te vergemakkelijken, zullen de gedetailleerde lijsten opgesteld door de kleine en grote vzw’s met betrekking tot de akten die ze hebben goedgekeurd, overigens eveneens worden overgemaakt aan de gemeente om controle door het gemeentelijke korps te kunnen waarborgen.

“Er verandert niets voor de grote vzw’s. Dankzij deze onderverdeling zal het toezicht eindelijk uitgeoefend kunnen worden: het zal gemakkelijker zijn om de risico’s te bepalen en indien nodig in te grijpen. Brussel Plaatselijke Besturen zal trouwens, om de transparantie te verzekeren, jaarlijks een geüpdatete lijst met de gemeentelijke vzw’s publiceren”, besluit de DéFI-minister.

Gemeentelijke vzw’s in Brussel zullen beter gecontroleerd worden

Persbericht

De Commissie voor de Binnenlandse Zaken heeft haar goedkeuring gehecht aan het ontwerp van ordonnantie van Bernard Clerfayt, de Brusselse minister van Plaatselijke Besturen, dat het mogelijk maakt de controle op de gemeentelijk vzw’s te versterken en te verbeteren.

Iedereen herinnert zich nog het politiek-financiële schandaal bij Samusocial. Om te vermijden dat zoiets ooit nog zou kunnen gebeuren, had het Gewest heel strikte, te strikte, bakens goedgekeurd en ingevoerd waardoor de controle op de gemeentelijke vzw’s uiteindelijk ondoeltreffend en inefficiënt werd: administratieve overbelasting, te korte controletermijn, etc.

“Onder de emotie van de verschillende schandalen had de vorige wetgever omvangrijke maatregelen genomen naar aanleiding van de aan het licht gebrachte feiten. In de praktijk kan en moet de controle op de gemeentelijke vzw’s evenwel verbeterd worden”, stelt Bernard Clerfayt.

Om die reden heeft de Brusselse minister bevoegd voor de Plaatselijke Besturen een nieuwe ordonnantie voorgesteld die het mogelijk maakt de controle op de gemeentelijke vzw’s te versterken.

Deze hervorming is gebaseerd op twee beginselen. Het eerste controleniveau van een gemeentelijke vzw is de gemeente zelf. Het is immers aan de gemeente om zich ervan te vergewissen dat de vzw die ze opgericht heeft, de geldende wetgeving en de beginselen van goed bestuur naleeft. Niettemin gaat voor sommige vzw’s het belang van toezicht verder dan het gemeentelijke niveau, vanwege de aard van de akte, de auteur ervan of de bedragen in kwestie.

Bijgevolg wordt een onderscheid gemaakt op basis van de omvang van de vzw’s: “micro-”, “kleine” en “grote” vzw’s. Van de 120 vzw’s die het Brussels Gewest telt, zijn er 78 een micro-vzw (maximaal 10 werknemers), 38 een kleine vzw (maximaal 50 werknemers) en 4 een grote vzw.

Alle vzw’s zullen de fundamentele en oprichtingsakten van een vzw, die het grootste risico vormen voor hun financiële situatie, aan de Regering moeten bezorgen: de statuten en de wijzigingen ervan, het beheerscontract en de wijzigingen daarvan, alsook de jaarrekeningen.

De kleine vzw’s zullen eveneens alle documenten met betrekking tot overheidsopdrachten van meer dan 175.000 euro en degene in verband met hun concessies voor werken en diensten moeten overmaken, alsook een lijst met de door hun beheersorganen goedgekeurde akten.

Wat de grote vzw’s betreft: zij zijn aan dezelfde verplichtingen onderworpen als de micro- en kleine vzw’s, maar zij moeten ook de akten tot intrekking of rechtvaardiging van een opgeschorte akte; de akten van de algemene vergadering; de overeenkomsten; het aangaan van leningen en de verwerving of de vervreemding van eigendomsrechten of zakelijke rechten op onroerende goederen bezorgen. De 4 desbetreffende vzw’s, die horen bij de Stad Brussel, zijn GIAL, Brussels Expo, BME en Bravvo.

Om de controle op de vzw’s te vergemakkelijken, zullen de gedetailleerde lijsten opgesteld door de kleine en grote vzw’s met betrekking tot de akten die ze hebben goedgekeurd, overigens eveneens worden overgemaakt aan de gemeente om controle door het gemeentelijke korps te kunnen waarborgen.

“Er verandert niets voor de grote vzw’s. Dankzij deze onderverdeling zal het toezicht eindelijk uitgeoefend kunnen worden: het zal gemakkelijker zijn om de risico’s te bepalen en indien nodig in te grijpen. Brussel Plaatselijke Besturen zal trouwens, om de transparantie te verzekeren, jaarlijks een geüpdatete lijst met de gemeentelijke vzw’s publiceren”, besluit de DéFI-minister.

Meer info?
Pauline Lorbat – 0485 89 47 45