Toutes les actualités du Ministre, les actualités politiques liées directement ou indirectement aux compétences sur lesquelles le cabinet travaille.

6.000 minder dieren gebruikt bij dierproeven

Actualiteit
6000 animaux en moins concernés par l'expérimentation animale

In 2020 werd een daling van bijna 10% op een jaar tijd vastgesteld van het aantal dieren dat gebruikt wordt bij medische experimenten. Het betreft 6.000 minder dieren op een jaar tijd. Hoewel datzelfde jaar het aantal proefdieren 55.688 bedroeg, benadrukken we dat er op vijf jaar tijd 36% minder dieren gebruikt werden. Dat is dus een fundamentele tendens, naar een zekere vermindering van het aantal dierproeven.

Over welke dieren gaat het?

In 2020 bestond 97% van de proefdieren uit knaagdieren, waarvan 91% muizen waren. Er werden ook enkele kippen (1%) en zebravissen (0,6%) gebruikt. Net als in 2019 werden geen honden, katten, paarden, ezels of primaten ingezet voor research.

Bernard Clerfayt ondersteunt het onderzoek naar alternatieven voor dierproeven

“De wetenschap is geëvolueerd en heeft voor alternatieven gezorgd waar geen laboratoriumdieren aan te pas komen, bijvoorbeeld gebaseerd op menselijke cellen die relevantere resultaten voor de mens opleveren. Het is dus van fundamenteel belang dat niet alleen dit soort methoden ontwikkeld kan worden, maar ook hun inventarisering en hun algemene bekendheid. Bijgevolg ondersteun ik een project van de VUB met een bedrag van 250.000 euro dat het massaal verspreiden van deze alternatieven via het platform IC-3Rs voor ogen heeft”, preciseert Bernard Clerfayt.

Dieren die hoofdzakelijk gebruikt worden voor fundamenteel onderzoek

Meer dan de helft (69,81%) van de experimentele procedures met dieren in 2020 werd uitgevoerd voor fundamenteel onderzoek. Deze experimenten betreffen hoofdzakelijk kankerstudies (34,10% van de experimenten voor fundamenteel onderzoek) en het immuunsysteem (21,82% van de experimenten voor fundamenteel onderzoek).

Dierproeven zijn sterk gereguleerd

Onderzoekers moeten gebruikmaken van alternatieve methoden, indien deze bestaan. Als er nog geen alternatieve methoden voorhanden zijn, genieten voor experimenten gebruikte dieren wettelijke bescherming. Alle instellingen, die vooraf erkend werden, worden aan controles onderworpen.

Neem dinsdag 28/09 vanaf 09.45 uur rechtstreeks deel aan de studiedag rond dierenwelzijn

Actualiteit
Het colloquium rond dierenwelzijn vindt plaats op dinsdag 28 september. Online deelnemen.

Advocaten gespecialiseerd in dierenrecht en actoren vanop het terrein zullen hun benadering van het dierenwelzijn vanuit verschillende aspecten uiteenzetten: het juridische statuut van dieren, het bestuur, de handel, de bestraffing van dierenmishandeling, etc. Het colloquium “Van domesticatie tot bescherming” is volledig gratis. U kan hier vanaf 09.45 uur online deelnemen.

Voorbereiding voor Brussels wetboek voor dierenwelzijn

“Het dierenrecht staat nog in de kinderschoenen. Niettemin worden goede praktijken ingevoerd en evolueert onze relatie met levende wezens. En deze evolutie moet nu in wetteksten worden omgezet”, aldus Bernard Clerfayt, de Brusselse minister van Dierenwelzijn.

Dit colloquium, dat de titel “Van bescherming tot domesticatie” kreeg, dient om input te verzamelen voor het toekomstige Brusselse wetboek voor dierenwelzijn, in vergelijking met wat in Frankrijk en elders wordt uitgevoerd.

Het beleid met betrekking tot dierenwelzijn, dat in het kader van de Zesde Staatshervorming overgeheveld werd, wordt geregeld door een wet uit… 1986. Deze studiedag zal ervoor zorgen dat er van gedachten kan worden gewisseld over de ingevoerde praktijken, de geldende wetten, waar er ruimte voor verbetering is, etc.

Dieren hebben hun plaats in onze levens

Het Brussels Gewest telt meer dan 100.000 honden en bijna 100.000 katten. Bovendien zijn er ook de nieuwe gezelschapsdieren, konijnen, hamsters, vissen, slangen, hagedissen en vogels. “Veel Brusselaars bezitten een huisdier en de burgers hechten een steeds groter belang aan het lot van dieren. En aangezien de manier waarop de maatschappij naar dieren kijkt, aanzienlijk evolueert, is het logisch dat het recht zich aan deze beschouwingen aanpast”, stelt Bernard Clerfayt, de Brusselse minister van Dierenwelzijn.

Pony’s of andere paardachtigen uitbuiten is voorgoed en in alle omstandigheden verleden tijd!

Actualiteit
Interdiction d'exploiter des poneys d'application en Région bruxelloise

Vanaf 25 september is het in het Brussels Gewest op het hele grondgebied verboden om pony's of andere kermispaarden uit te buiten. Deze beslissing van Bernard Clerfayt, de Brusselse minister van Dierenwelzijn, beschermt en verbetert het welzijn van deze dieren aanzienlijk.

Een strengere regelgeving drong zich op

Sinds 1 januari 2019 mogen er geen pony’s meer gebruikt worden in kermissen op het grondgebied van het Brussels Gewest. De door het Brusselse parlement gestemde ordonnantie was een stap in de goede richting, maar vertoonde zwakke punten door een juridische onduidelijkheid. Ze gold namelijk enkel voor kermissen. Zo was het nog altijd mogelijk om een ponycarrousel te vinden op markten, rommelmarkten, enz.

Bovendien had de regelgeving enkel betrekking op pony’s en paarden. Het verbod kon dus gemakkelijk omzeild worden door ezels, muildieren, muilezels, enz. te gebruiken. Ten slotte werd enkel de carrouselactiviteit beoogd.

Een algemeen verbod dankzij een meer precieze regelgeving

Op voorstel van Bernard Clerfayt, de Brusselse minister van Dierenwelzijn, verbiedt de nieuwe regelgeving daarom de carrousels op alle plaatsen, alsook de wandelingen van alle paardachtigen bij verschillende soorten manifestaties.

Meer dan ooit moeten we onze relatie met de levende wezens en met de dieren opnieuw bekijken. Willen we onze kinderen het beeld geven dat dieren slaven zijn?”, vraagt Bernard Clerfayt zich af.

Tekort aan sportinfrastructuur: Bernard Clerfayt maakt 50 miljoen euro vrij

Actualiteit
La Région de Bruxelles-Capitale investit dans les infrastructures sportives communales

“Er zijn talrijke sportinfrastructuren in het Brussels Gewest, maar we moeten vaststellen dat zij volledig bezet zijn. Voor de Brusselaars is het dus soms moeilijk om een sport te kunnen beoefenen. De lockdown heeft ons er echter aan herinnerd in welke mate de beoefening van een sport bijdraagt aan onze fysieke en mentale ontwikkeling”, benadrukt Bernard Clerfayt.

4 jaar investeren in sportinfrastructuur

Velden voor tennis, voetbal, hockey en basketbal, zwembaden, omnisportzalen, turnzalen, … Het Brussels Gewest telt bijna 1.000 sportvoorzieningen.

Voldoende om veel Brusselaars tevreden te stellen, maar niet allemaal … tal van sportvoorzieningen zijn volledig bezet!

In het licht van deze vaststelling heeft het Brussels Gewest beslist om de 19 gemeenten financieel te steunen teneinde het aanbod aan sportvoorzieningen op het grondgebied van het Gewest te vergroten. Over 4 jaar tijd wordt 50 miljoen euro vrijgemaakt.

De gemeenten hebben tot en met 31 maart 2022 de tijd om de projecten rond gemeentelijke sportinfrastructuur die ze willen uitvoeren, in te dienen.

Een beslissing die het geëngageerde beleid versterkt

Na de aankondiging van de oprichting of renovatie van 24 lokale sportinfrastructuren (speelterreinen, street workout, etc.) maakt het Gewest 50 miljoen euro vrij over 4 jaar om projecten rond gemeentelijke sportvoorzieningen te financieren. “In deze periode na de zomervakantie worden talrijke Brusselaars geconfronteerd met een tekort aan plaatsen in de sportclubs. Met deze 50 miljoen euro wil ik het sportbeleid in het Brussels Gewest versterken en het aantal sportaccommodaties vergroten, want we willen allemaal een stad waar recreatieve, culturele en sportieve activiteiten gecombineerd worden”, besluit Bernard Clerfayt, de Brusselse minister verantwoordelijk voor de gemeentelijke sportinfrastructuur.

Verhoogde steun voor uitzendkrachten uit culturele sector

Actualiteit
uitzendkrachten uit culturele

“De vooruitzichten op heropening zijn uitgesteld en het herstel komt, schoorvoetend, op gang. Brussel wacht niet af en verhoogt zelfs het bedrag van de steun voor uitzendkrachten door 5 miljoen euro vrij te maken”, verklaart Bernard Clerfayt, de Brusselse minister van Werk.

Dit zijn de nieuwe steunbedragen voor de uitzendkrachten uit de culturele sector:

  • 3.000 euro, indien de werknemer in de periode tussen 1 januari 2021 en 30 juni 2021 inkomsten heeft genoten die maximaal 4.500 euro netto bedragen;
  • 2.250 euro, indien de werknemer in de periode tussen 1 januari 2021 en 30 juni 2021 inkomsten heeft genoten die maximaal 6.000 euro netto bedragen;
  • 1.500 euro, indien de werknemer in de periode tussen 1 januari 2021 en 30 juni 2021 inkomsten heeft genoten die maximaal 8.000 euro netto bedragen;

De premie moet online worden aangevraagd op de website van Actiris tussen 20 september en uiterlijk 17 oktober 2021. Het bedrag zal op 30 november 2021 worden gestort.

Deze derde ondersteuning concretiseert de wil van de Brusselse Regering

De derde toekenning van deze premies sluit aan op een beleid ter ondersteuning van de culturele sector. Dit vrijwillige beleid is erop gericht ons stadsgewest bij de aantrekkelijke Europese hoofdsteden te houden. Het is een strategische keuze voor het behoud van de werkgelegenheid in de culturele sector. Ook wordt gestreefd naar een domino-effect op de andere sectoren die voor tewerkstelling zorgen, zoals de horeca, de dienstensector, de luxehandel, etc.

Het Brussels Gewest neemt als eerste initiatief

In totaal wordt 7 miljoen euro vrijgemaakt om een noodlijdende sector en de uitzendkrachten uit de culturele sector te ondersteunen. Het Brussels Gewest was een van de eerste om zich in te zetten voor de ondersteuning van de cultuursector, zowel voor de werknemers als voor de structuren.

In juli jongstleden heeft het Brussels Gewest een premie van 1.500 tot 500 euro gelanceerd voor de uitzendkrachten uit de culturele sector. Als gevolg van de verlenging van de gezondheidscrisis heeft de Regering in oktober 2020 de toekenning van deze premie aan de uitzendkrachten uit de culturele sector opnieuw gelanceerd door deze bedragen te verhogen, aangezien deze varieerden van 2.000 tot 1.000 euro.

Brusselaars willen meer speelzones voor honden

Actualiteit
Brusselaars willen meer speelzones voor honden

Twee weken voor het einde van de burgerraadpleging over dierenwelzijn werden al bijna 1.900 meningen verzameld. In deze fase is reeds een eerste tendens zichtbaar: veel Brusselaars willen meer speelzones voor honden.

Burgers betrekken

Voor de zomer lanceerde Bernard Clerfayt, de Brusselse minister van Dierenwelzijn, een campagne voor volksraadpleging in het Brussels Gewest om te peilen naar de verwachtingen van de burgers op het gebied van dierenwelzijn.

Deze fase moet het mogelijk maken om een evenwichtig Brussels Wetboek voor Dierenwelzijn te doen ontstaan. Het Brussels wetboek zal de grootste hervorming op het vlak van dierenwelzijn zijn. “Dierenwelzijn is een gevoelig onderwerp dat vaak tot reacties leidt binnen de samenleving. Het was daarom essentieel om de burgers te betrekken bij de herziening van de federale dierenwelzijnswet”, merkt Bernard Clerfayt op.

Een wet uit 1986

Het beleid inzake dierenwelzijn, dat in het kader van 6de Staatshervorming werd overgeheveld, wordt geregeld door een federale wet uit ... 1986. Sindsdien zijn onze relatie met dieren en de wetenschappelijke kennis aanzienlijk geëvolueerd.

Alle resultaten worden bekendgemaakt in november

 “In de maand november maak ik de resultaten van de burgerraadpleging bekend, maar ik zie nu al dat er zich grote tendensen aftekenen. De overgrote meerderheid van de burgers antwoordde dat een dier een levend wezen is met een gevoeligheid en daarom speciale bescherming verdient. Ze staan aldus massaal achter de goedkeuring van positieve lijsten met alle diersoorten die in particuliere woningen mogen worden gehouden. Een andere tendens heeft betrekking op de hondenlosloopzones. Veel burgers vragen om meer speelzones voor hun dieren”, legt Bernard Clerfayt uit.

Wat u ook zou kunnen interesseren inzake dierenwelzijn:

Covid Safe Ticket: termijnen moeten worden vastgesteld

Actualiteit
Covid Safe Ticket

Laten we enkele cijfers in herinnering brengen om de kwestie van de implementatie van het COVID Safe Ticket in het Brussels Gewest op te helderen. Terwijl het aantal bevestigde besmettingen met het coronavirus in België stagneert, is het aantal ziekenhuisopnames met 12% gestegen. Dit is de relatieve evolutie voor deze week van 2 tot 8 september, vergeleken met de cijfers van de vorige week (bron Sciensano).

In het Brussels Gewest is de incidentiegraad meer dan twee keer zo hoog!

De curve die op nationaal niveau relatief onder controle is, moet helaas worden gezien in het licht van de specifieke situatie van Brussel, waar de incidentiegraad,  dit wil zeggen het aantal nieuwe gevallen dat per 100.000 inwoners wordt vastgesteld, 575 bedraagt, terwijl dit op nationaal niveau 241 is. (bron Sciensano - laatste 14 dagen, geconsolideerd op 5/9/2021).

Met 606.177 mensen die op 9/9/2021 zijn gevaccineerd, heeft Brussel amper 50% van de gevaccineerde inwoners bereikt, terwijl het nationale gemiddelde meer dan 70% bedraagt.

In het licht van deze gegevens is het normaal dat alle ogen gericht zijn op het Brussels Gewest. De cijfers spreken voor zich. De Brusselse Regering moet dus maatregelen nemen om de stijging van de besmettingsgraad een halt toe te roepen en haar bevolking te beschermen – 40% van de bedden op intensieve zorg is al bezet.

De Brusselse regering voldoet aan de nodige voorwaarden voor de invoering van het Covid Safe Ticket

De invoering van het Covid Safe Ticket moet worden gezien als een stimulans en een beschermingsmiddel in bepaalde contexten, zoals ontmoetingsplaatsen en afgesloten en drukbezochte ruimtes.

In dit perspectief heeft de Brusselse regering op 9 september 2021 haar goedkeuring gehecht aan het voorontwerp van samenwerkingsovereenkomst betreffende de verwerking van gegevens met betrekking tot het digitale COVID-certificaat van de EU en het COVID Safe Ticket, het PLF en de verwerking van persoonsgegevens van in het buitenland wonende of verblijvende werknemers en zelfstandigen die activiteiten uitvoeren in België.

De regering is inmiddels begonnen met de voorbereiding van de ordonnantie die het noodzakelijke rechtskader voor de implementering van het Covid Safe Ticket moet aanvullen. De toepassingsmodaliteiten, met name het vastleggen van het toepassingsgebied (sectoren, bijzondere voorwaarden, duurtijd), zullen bij de goedkeuring van het voorontwerp van ordonnantie in eerste lezing worden vastgelegd in het licht van de epidemiologische situatie en de vaccinatiegraad in het Brussels Gewest. 

Gelet op de verspreiding van het virus in het Brussels Gewest, zijn termijnen en een nauwkeurig kader belangrijk

Het werk is nu dus bezig. Het is de bedoeling om zo snel mogelijk een juridisch kader klaar te hebben. De ordonnantie zal, net zoals het samenwerkingsakkoord, uiteraard moeten worden voorgelegd aan de Raad van State en aan de Gegevensbeschermingsautoriteit, voordat de regering ze in tweede lezing kan goedkeuren en voorleggen aan het Parlement.

Minister Bernard Clerfayt is van mening dat "het belangrijk is om termijnen vast te stellen voor het beheer van het proces dat door de regering is gestart, zowel voor de afronding van het wetgevende werk als voor het verstrekken van instrumenten". "Gezondheidscriteria, zoals de incidentiegraad, die de voorwaarden bepalen voor het Covid Safe Ticket, moeten nu ook worden vastgesteld", zei Bernard Clerfayt.