Aanbod beroepsopleidingen versterken met oog op evolutie van vaardigheden

Actualiteit
evolutie van vaardigheden

Manpower Group heeft net een nieuwe editie van de studie “Skills Revolution” op zijn Belgische website gepubliceerd. In deze studie wordt de vaststelling bevestigd dat de digitalisering versneld plaatsvindt als gevolg van de coronacrisis: “Het betreft een tijdswinst van drie jaar.”

In België “heeft 36% van de bevraagde werkgevers hun digitalisering tijdens de COVID-19-pandemie versneld”.

Hoe meer bedrijven digitaliseren, hoe meer jobs ze crëeren

Als minister van Werk en Digitalisering ben ik blij met de positieve impact die de digitalisering op de tewerkstelling heeft: “91% van de Belgische werkgevers die hun processen automatiseren, is van plan om extra personeelsleden aan te werven of hun personeelsbestand te behouden […].”

Beroepsopleiding moet tegemoetkomen aan evolutie van nieuwe competentievereisten

Het is bijzonder interessant om vast te stellen dat het aantal gecreëerde posten in de ondernemingen die hun digitaliseringsproces versneld hebben, groter is dan het aantal functies dat minder nuttig geworden is als gevolg van deze transformatie.

Door het aanbod aan beroepsopleidingen te versterken in met name de digitale sector, bereiden we mensen die tijdelijk werkloos zijn, voor om weer aan het werk te gaan, alsook alle werkzoekenden om hun inzetbaarheid te vergroten op een arbeidsmarkt die in volle transformatie is.

Dit zijn de sectoren die het meest betrokken zijn bij deze evolutie en dus de meeste jobs voortbrengen: de bouw, de financiële sector, het verzekeringswezen, de immobiliën en de diensten aan bedrijven.

In de studie worden de grote verschillen tussen de ontwikkelingen benadrukt met de vaststelling dat de zoektocht naar nieuw talent echt van start gaat voor de meest innoverende sectoren. “Het gaat hierbij om de groeisectoren, met name in de technologie, de digitale communicatie, de logistiek, de gezondheidszorg en de consultancy. Er is een grote vraag naar tal van profielen, of het nu gaat om projectmanagers, ingenieurs, data- of risicoanalisten, specialisten in digitale communicatie of IT-professionals.”

(Bovenstaande grafiek: © Manpower Group België)

Opleidingen voor tijdelijk werkloze werknemers

Actualiteit
Opleidingen voor tijdelijk werkloze werknemers

 

Talrijke gratis opleidingen zorgen ervoor dat tijdelijk werkloze werknemers zich met bijkomende troeven kunnen voorbereiden op het herstel. 

Alle Brusselaars die tijdelijk werkloos zijn, kunnen een opleiding in het Nederlands volgen bij de VDAB of in het Frans bij Bruxelles Formation.

Tijdelijk werkloze werknemers kunnen in hun sector een opleiding volgen

Veel sectoren hebben hun eigen opleidingscentrum. De nieuwe Pool Opleiding-Werk en het Beroepsreferentiecentrum voor de Horecasector bieden ook opleidingen aan voor tijdelijk werkloze werknemers:

Taalvaardigheid

Met taalcheques van Actiris kan je gratis taallessen volgen. Ja kan ook de Brulingua-app downloaden en vorderingen maken door middel van korte oefeningen die zijn aangepast aan je niveau.

De VDAB biedt verschillende opleidingen aan om je taal- en computervaardigheid te verbeteren. Wil je een cursus Nederlands volgen maar kan je niet vinden wat je zoekt? Neem contact op met de VDAB op 0800.30.700 om na te gaan of je voldoet aan de voorwaarden voor een terugbetaling van je inschrijvingsgeld van een opleiding. 

Digitale vaardigheden

Je kan gratis cursussen volgen dankzij de ICT-cheques van Actiris. Het is ook mogelijk om rechtstreeks naar PC-Skills.brussels te gaan, maar dan moet je wel eerst geregistreerd zijn bij Actiris.

Het Beroepenpunt om zich te heroriënteren

Het Beroepenpunt in Brussel kan tijdelijk werkloze werknemers helpen en een antwoord bieden op al hun vragen omtrent begeleiding, opleiding en studies, werkgelegenheid, mobiliteit en het starten van een eigen zaak. De gemakkelijkste manier om het Beroepenpunt te contacteren is via e-mail: info@cdm-bp.brussels, of via de facebookpagina.

Opleiding en digitalisering: partnerschappen versterken troeven van Brussel

Actualiteit
Mediaplanet heeft een panel van zeven deskundigen bijeengebracht rond Bernard Clerfayt, de Brusselse minister van Digitalisering

Mediaplanet heeft een panel van zeven deskundigen bijeengebracht rond Bernard Clerfayt, de Brusselse minister van Digitalisering, Werk en Beroepsopleiding, en Barbara Trachte, de Brusselse staatssecretaris van Economische Transitie en Wetenschappelijk Onderzoek.

Hieronder worden enkele fragmenten van de uitwisselingen weergegeven, met een bijzondere focus op de aspecten van opleiding en digitalisering.*

Grote vraag naar competenties leidt tot kloof die gedicht moet worden

Zowel Guillaume Boutin, de CEO van Proximus Group, als Bruno de Thibault, de CEO van Touring, maken gewag van de inspanningen en goedgekeurde investeringen in de opleidingsprogramma’s. Deze laatste worden aangeboden in samenwerking met de gewestelijke agentschappen voor tewerkstelling en de opleidingsinstituten. Desondanks raken de leidinggevende functies niet ingevuld en volgen de opleidingsprocessen de evolutie van de vraag naar competenties niet.

Bernard Clerfayt wijst op de grote vraag naar competenties op de Brusselse arbeidsmarkt. Hoewel het opleidingsaanbod van een zeer goed niveau is, en dat is een troef van het Gewest, is Brussel echter “het meest veeleisend in termen van de vraag naar competenties”. En hij benadrukte de noodzaak om het competentieniveau van de werkzoekenden, met name op IT-vlak, te verbeteren.

De minister bracht de lopende partnerschappen dankzij het instrument van de polen opleiding-werk in herinnering. “Om de opleidingen en de noden van de bedrijven dichter bij mekaar te brengen, lopen er samenwerkingen tussen de overheidsdiensten voor opleiding en de privésector via de opleidingsfondsen voor werknemers. In de sectoren van de bouw, de techniek, de digitale technologieën en de logistiek bepalen de polen opleiding-werk de best mogelijke vormingen, zowel wat bijscholing betreft als voor werkzoekenden.”

Duaal leren = verbinding tussen beroep en opleiding

Voor 92 beroepen bestaat in het Brussels Gewest de oplossing van duaal leren; centraal daarbij staat de complementariteit tussen opleiding volgen en ervaring opdoen in bedrijven. De opleidingen richten zich tot jongeren vanaf 15 jaar en tot “een steeds groter publiek van volwassenen, met inbegrip van personen die zich omscholen”, preciseert Vincent Giroul, de directeur van Efp formation.

“80% van de jongeren die een alternerende opleiding heeft gevolgd, vindt meteen een job. Reden: het duaal leren zorgt ervoor dat de realiteit van een beroep meteen kan worden uitgeprobeerd in een onderneming, en de onderneming kan haar toekomstige werknemers op maat opleiden. Het duaal leren heeft toekomst en moet beter ondersteund worden, naar het voorbeeld van wat gebeurt in Duitsland, Zwitserland en Oostenrijk”, preciseert Bernard Clerfayt.

De directeur van Efp formation lanceert in dat verband een oproep aan de Brusselse bedrijven: “Midden januari jongstleden zochten 1.742 personen nog een stageplaats.” Het ontbreekt werkzoekenden niet aan motivatie: 7.000 personen zijn ingeschreven voor dit instrument voor duaal leren.

De Brusselaars kennen bepaalde activiteitendomeinen minder goed, hoewel er veel jobs in te vervullen zijn. Philippe Matthis herhaalt hoe belangrijk het succes van de haven en zijn “12.000 rechtstreekse en onrechtstreekse medewerkers” is. Hij bracht ook het belang van opleiding in het hart van de havenactiviteiten in herinnering: “Het personeel kan gebruikmaken van jaarlijkse opleidingsplannen en wij dragen, met Actiris, bij aan de aanwerving van startbaanovereenkomsten, die 10% van onze medewerkers betreffen.”

Bijscholing maakt ook deel uit van het praktische pedagogische beleid dat uitgevoerd wordt door de hogescholen, aldus Emmanuelle Havrenne, directrice-voorzitster van de hogeschool Ephec. Het partnerschap met de bedrijven “komt ook tot uiting via de 15 weken stage in een onderneming op het einde van de opleiding, via ondernemingen die onderwerpen voor eindwerken voorstellen”.

Innovatie en partnerschappen verhogen productiviteit

Innoviris ondersteunt elk jaar 300 projecten rond industrieel onderzoek, preciseert de adjunct-directeur-generaal, Marie-Carmen Bex. Zij illustreert het belang van partnerschappen en merkt op dat “meer dan 30% van de projecten het resultaat zijn van een samenwerking tussen verschillende actoren, en niet van één enkele instelling”.

Emmanuelle Havrenne brengt de verschillende aspecten van innovatie in de opleiding in herinnering. We zullen de competenties in termen van “digitalisering en nieuwe economische modellen – kringloop- of collaboratieve economie, e-business, etc.” onthouden. Ze preciseert dat, in deze context van de pandemie, “innovatie tenslotte de pedagogische praktijken betreft die een jaar geleden in het bijzonder aangepast moesten worden met het onderwijs op afstand en de platformen voor e-learning”.

Innovatie is van fundamenteel belang voor de permanente verbetering van de kennis en van onze samenleving, aldus Bernard Clerfayt. “Of ze nu technologisch of sociaal is, ze verbetert onze productiviteit, onze economie, onze koopkracht, ons levenscomfort, de kwaliteit van onze jobs, etc. De honger naar innovatie moet breed gedeeld worden en, bijgevolg, de honger naar STEIM-opleidingen (science, technology, engineering, IT, mathematics). Diegenen die deze opleidingen voltooien, hebben onmiddellijk voor lange tijd kwaliteitsvol werk.”

Meer jobs dankzij digitale technologieën

“Van de 92 beroepen die worden voorgesteld in onze opleidingen, wordt er niet één gespaard door de globalisering en de digitalisering. Wij nemen de digitale competenties dan ook in al onze programma’s op”, stelt Vincent Giroul.

Bernard Clerfayt legt de nadruk op de opportuniteiten voor het creëren van werk: “De digitalisering moet beheerst worden om economische activiteit te creëren. Agoria, de federatie van de technologische industrie, heeft benadrukt dat de digitalisering veel meer jobs zal creëren dan zal doen verdwijnen. De digitale kloof is evenwel een feit: volgens een recente studie van de Koning Boudewijnstichting beheerst 15% van de mensen de digitale tools helemaal niet en bijna 40% beheerst ze slecht. Om deze situatie te verbeteren, heeft Brussel een ‘plan voor digitale toe-eigening’ uitgewerkt dat de meest kwetsbare doelgroepen begeleidt.”

Data: “een bron voor toegevoegde waarde die eindeloos reproduceerbaar is”

Guillaume Boutin had het over de gevolgen van de gezondheidscrisis: “[…] Nooit hadden we zoveel nood aan nabijheid en menselijke contacten. […] De nood aan nabijheid zal er daarentegen voor zorgen dat de productie- en internettools opnieuw lokaler worden ingeplant. Dit is een enorme kans om de digitale diensten voor het dagelijkse leven, de economische ontwikkeling en de herschikking van kapitaal naar lokale afdelingen heruit te vinden. Een voorbeeld: de slager op de hoek van de straat zal morgen een webactor worden, omdat hij in staat zal zijn om zijn activiteiten op internet te promoten.”

De minister van Digitalisering, Bernard Clerfayt, brengt de toegevoegde waarde van het benutten van gegevens in herinnering. “De digitalisering leidt immers ook tot het gebruik van gegevens om de aangeboden diensten te verbeteren. Dat is wat we onder andere zien met de ‘Mobility As A Service Platforms’ (MaaS), toepassingen die het mogelijk maken om alle nodige informatie voor een betere mobiliteit te vinden, onder meer door gebruik te maken van artificiële intelligentie. Dit alles doet echter de vraag rijzen naar de veiligheid en het publieke karakter van onze gegevens. Persoonlijk ben ik een voorstander van een ruime openbaarheid van de gegevens, aangezien deze onuitputtelijk zijn en een bron van toegevoegde waarde vormen die tot in het oneindige gereproduceerd kan worden.”

Voor dit domein in het bijzonder herhaalt Guillaume Boutin het belang van partnerschappen. “Data vereisen een gezamenlijke aanpak door de publieke en de private sector. De soevereiniteit van de data en de ‘digitale kluizen’ zijn onderwerpen die we allemaal samen extreem snel onder de knie moeten krijgen. Als wij het niet doen, zullen andere Europese actoren of van elders ter wereld het in onze plaats doen!”

––––

* Dit artikel is een samenvatting van de uitwisselingen genoteerd door Philippe Van Lil voor Mediaplanet.

Sociale Top 2021

Actualiteit
Sociale Top 2021

De Sociale Top van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest heeft plaatsgevonden op woensdag 24 februari. Minister Bernard Clerfayt was tevreden over de constructieve sfeer tijdens de gesprekken. Hierbij enkele belangrijke punten uit de tussenkomst van de minister.

Om de crisis aan te pakken, hebben we tools om te begeleiden en op te leiden

Hij bracht de middelen in herinnering die de Brusselse Regering vrijgemaakt heeft inzake begeleidende maatregelen voor de werkzoekenden en opleiding. Deze middelen werden operationeel gemaakt dankzij de bijdrage van de sociale partners.

Het Gewest kan het hoofd bieden aan de gevolgen van deze crisis. De instrumenten zijn voorhanden en de sociale partners zijn erbij betrokken.

Een beleid ten gunste van de Brusselse werkzoekenden

We moeten ons economische beleid zo oriënteren dat onze inspanningen van vandaag ten goede komen aan de Brusselse werkzoekenden. De deelnemers brachten in herinnering dat voor alle Brusselaars die geen toegang tot werk hebben, het risico op armoede ontstaat. Daarom moeten we ons blijven toespitsen op het aandeel van de Brusselaars dat toegang heeft tot de arbeidsmarkt in verhouding tot de massa banen die op het gewestelijke grondgebied gecreëerd wordt. In dit opzicht stellen we een tekort vast.

Op de korte en langere termijn is dit punt van fundamenteel belang voor de relance van het Gewest. Onze werkzoekenden krijgen verhoudingsgewijs immers nog te weinig van de jobs die in het Brussels Gewest gecreëerd worden.

Oproep tot overlegde bijdrage van sociale partners

De minister van Werk en Beroepsopleiding herhaalde ook hoezeer hij het met de sociale partners gerealiseerde werk waardeert. Zij dragen bij aan alle gewestelijke instrumenten van het beleid inzake tewerkstelling en opleiding: Actiris, Bruxelles Formation, de Polen Opleiding-Werk. Deze Polen worden in alle sectoren opgericht, zoals ze vastgesteld werden in de gewestelijke beleidsverklaring.

Bernard Clerfayt verklaarde open te staan voor alle opmerkingen en suggesties die geformuleerd werden in het kader van deze Sociale Top, en vooral voor de toekomst, voor de aanwending van de middelen die werden toegekend om onze instrumenten voor begeleiding en opleiding te versterken.

Wat zeker niet mag ontbreken: talen en digitale technologie

Tot slot legde de minister de nadruk op de versterking van de basiscompetenties van de minst gekwalificeerde Brusselaars. In alle beroepen is het beheersen van de eerste taal, en nog beter, het leren van een tweede taal, onontbeerlijk. En hetzelfde geldt voor de digitale vaardigheden. Zij worden de sleutel voor de toegang tot werk, zelfs voor laaggeschoolde jobs.

Volg een opleiding online en wees klaar voor de relance!

Actualiteit
Bruxelles Formation biedt 50.000 online-opleidingsmodules aan

Bruxelles Formation lanceert een nieuwe campagne om zo veel mogelijk Brusselaars hun competenties te laten vergroten en klaar te laten zijn voor de relance, en dat dankzij de online-opleidingen.

50.000 opleidingsmodules online voor iedereen

Vandaag hebt u toegang tot een catalogus met meer dan 30 opleidingsdomeinen online met in totaal ruim 50.000 lesmodules gaande van burotica en digitale technologieën tot talen, handel en management!

Sinds 2016 is het aanbod aan opleidingen online van Bruxelles Formation flink uitgebreid en worden alternatieven voor opleidingen met fysieke aanwezigheid aangeboden. De modules richten zich tot alle werkzoekenden. Onlinecoaching op vraag is eveneens mogelijk.

Bovendien hebben alle werkzoekenden, in het kader van het Brusselse relanceplan, een maand gratis toegang tot de online-opleidingen, en dat tot eind 2021. Deze gratis toegang wordt verlengd voor personen die tijdelijk werkloos zijn.

Campagne en toegang die alle opleidingen online omvat

Op 11 januari 2021 heeft Bruxelles Formation een nieuwe communicatiecampagne gelanceerd om de Brusselaars ontvankelijk te maken voor online-opleidingen, zowel voor werkzoekenden als voor werknemers, en in het bijzonder voor personen die tijdelijk werkloos zijn. De huidige periode van de gezondheidscrisis is immers geschikt om zich online te vormen en zijn/haar competenties uit te breiden!

De promotiecampagne voor online-opleidingen wordt gevoerd via affiches in de stad, spots op de radio, filmpjes op internet en de sociale media.

Meer opleidingen en meer jobs in de sociale economie

Actualiteit
Extra middelen in het Brussels Gewest voor meer opleidingen en meer jobs in de sociale economie

Een budget van 13 miljoen euro  wordt vrijgemaakt om de begeleiding en opleiding van meer dan 1.620 werknemers in de sociale economie te financieren. Deze maatregel, voorgesteld door de minister van Werk en Beroepsopleiding Bernard Clerfayt, heeft betrekking op 124 structuren uit de sociale economie.

“[…] De economische crisis zal ook druk uitoefenen op degenen die het verst van de arbeidsmarkt verwijderd zijn. Ik wil niet dat langdurig werkzoekenden dubbel gestraft worden” verklaart Bernard Clerfayt. “[…] Daarom zal in 2021 een bijkomend budget van 30 miljoen euro worden besteed aan nieuwe inschakelingsbetrekkingen in de sociale economie, wat goed is voor meer dan 1.200 toekomstige werknemers”

Sociale economie, stuwende kracht van de inschakeling

Sinds 2018 heeft de sociale economie een ware revolutie doorgemaakt. De ambities om het glazen plafond van de sociale economie te doorbreken en de professionalisering van de sector te ondersteunen bij zijn opdrachten van socio-professionele inschakeling, zijn eindelijk geconcretiseerd.

Om aan de nieuwe wetgeving te voldoen, moesten de structuren binnen de sociale economie erkend worden.

Het betreft tal van activiteitensectoren waarin structuren uit de sociale economie aanwezig zijn: van catering en recycling (Petit Riens), tot de bouwsector, enz.

De professionalisering van de sector, evenals de grote diversiteit aan activiteiten, maken van de sociale economie een potentiële springplank naar de traditionele sector.

Het inschakelingsprogramma richt zich zowel op de ondersteuning en de begeleiding van werknemers van de doelgroep, projecten voor het verwerven van vaardigheden als op tewerkstellingsprojecten.

124 gemandateerde structuren

Erkende ondernemingen binnen de sociale economie hadden tot 30 april 2020 de tijd om dit mandaat aan te vragen. Na analyse van de dossiers door een comité van deskundigen bestaande uit Actiris en de Adviesraad voor Sociaal Ondernemerschap, hebben 124 structuren het mandaat gekregen.

Daartoe pasten ze de volgende principes toe: een economisch project uitvoeren, een sociaal doel nastreven, een democratische bestuur voeren en een gematigde loonspanning toepassen.

Onder de gemandateerde structuren vinden we de grote namen uit de sociale economie, zoals Les Petits Riens, Atelier Groot Eiland, Casablanco en Oxfam-Solidariteit.

Welke voordelen voor de betrokken structuren en de tewerkstelling in de sector?

De eerste doelstelling is om het opleidingsaspect te versterken voor de 1.620 mensen die al in deze structuren aanwezig zijn. Door deze dimensie van vormende tewerkstelling te versterken, versterken we de inzetbaarheid op de lange termijn.

Dankzij de hervorming van de sociale economie in 2018 en het erkenninsproces in 2019 krijgen structuren toegang tot financiële producten. Met de mandatering in 2020 konden bedrijven steun krijgen om personeel uit de doelgroep aan te werven.  (langetermijncontracten).

De extra 30 miljoen die vrijgemaakt werd in de begroting voor 2021 zal het aantal jobs, met 1.200 toekomstige werknemers, bijna verdubbelen.

124 sociale economiestructuren krijgen de opdracht om langdurig werkzoekenden op te leiden en aan het werk te zetten

Persbericht

Op voorstel van Bernard Clerfayt, de Brusselse minister van Werk en Beroepsopleiding, heeft de Brusselse Regering de lijst met 124 sociale economiestructuren goedgekeurd die langdurig werkzoekenden mogen opleiden en aan het werk zetten. Aan de maatregel wordt een budget van 13 miljoen euro besteed, waarmee de begeleiding van meer dan 1.620 werknemers van de doelgroep kan worden gefinancierd.

Sinds 2018 heeft de sociale economie een ware revolutie doorgemaakt. De ambities om het glazen plafond van de sociale economie te doorbreken en de professionalisering van de sector te ondersteunen bij zijn opdrachten van socio-professionele inschakeling, zijn eindelijk geconcretiseerd.

In de praktijk en om aan de nieuwe wetgeving te voldoen, moesten de structuren binnen de sociale economie erkend worden. Daartoe pasten ze de volgende principes toe:

  • een economisch project uitvoeren,
  • een sociaal doel nastreven,
  • een democratische bestuur voeren en
  • een gematigde loonspanning toepassen.

Eenmaal erkend, kunnen ze verschillende voordelen genieten, met name specifieke financiële producten.

Het jaar 2020 markeert de tweede fase van deze hervorming, zijnde de mandatering. Dankzij het mandaat van de minister van Werk kunnen structuren financiering genieten om langdurig werkzoekenden te ondersteunen, op te leiden en te integreren op de arbeidsmarkt.

Dit inschakelingsprogramma richt zich zowel op de ondersteuning en de begeleiding van werknemers van de doelgroep, projecten voor het verwerven van vaardigheden als op tewerkstellingsprojecten.

Erkende ondernemingen binnen de sociale economie hadden tot 30 april 2020 de tijd om dit mandaat aan te vragen. Na analyse van de dossiers door een comité van deskundigen bestaande uit Actiris en de Adviesraad voor Sociaal Ondernemerschap, krijgen 124 structuren het mandaat om meer dan 1.600 werknemers uit de doelgroep te begeleiden, voor een totaalbedrag van meer dan 13 miljoen euro.

"Alle beleidskeuzes op het vlak van werkgelegenheid hebben hetzelfde doel: het tewerkstellingspercentage van de Brusselaars verhogen. Door de economische crisis zijn er minder vacatures en deze schaarste zal ook druk uitoefenen op degenen die het verst van de arbeidsmarkt verwijderd zijn. Ik wil niet dat langdurig werkzoekenden dubbel gestraft worden: minder kansen op werk en meer concurrentie met nieuwe werkzoekenden. Door 124 structuren uit de sociale economie de opdracht te geven langdurig werkzoekenden te begeleiden, op te leiden en aan het werk te zetten, professionaliseren we niet alleen de sector, maar bieden we vooral de Brusselaars een toekomstperspectief. Daarom zal in 2021 een bijkomend budget van 30 miljoen euro worden besteed aan nieuwe inschakelingsbetrekkingen in de sociale economie, wat goed is voor meer dan 1.200 toekomstige werknemers ”, legt Bernard Clerfayt, de Brusselse minister van Werk, uit.

Onder de gemandateerde structuren vinden we de grote namen uit de sociale economie, zoals Les Petits Riens, Atelier Groot Eiland, Casablanco en Oxfam-Solidariteit.

Meer info
Pauline Lorbat – 0485 89 47 45