Meer dan 2.000 Brusselaars volgden opleiding voor knelpuntberoep

Jongvolwassenen in beroepsopleiding

In 2021 volgden 2.086 Brusselaars een voltijdse opleiding voor een knelpuntberoep. Het volgen van een opleiding voor een van deze 113 beroepen levert vrijwel gegarandeerd een baan op. Bernard Clerfayt, de Brusselse minister van Werk en Beroepsopleiding zal in het najaar trouwens verschillende acties voorstellen om vacatures weg te werken. 

Werken aan imago van knelpuntberoepen om stereotypen te ontkrachten

De meeste opleidingen worden gevolgd door mannen (68%). Dit hoge aandeel kan worden verklaard door de betrokken sectoren. 29% van de gevolgde opleidingen heeft aldus betrekking op de IT-sector, 17% op de bouwsector en 12% op de medische en paramedische sector.

"Genderstereotypen zijn een groot probleem in de problematiek van de knelpuntberoepen. Al te vaak denken wij dat bepaalde sectoren voorbehouden zijn aan mannen of vrouwen. Daar klopt uiteraard niets van! Een talent is een talent, ongeacht het geslacht. Het is van essentieel belang aan het imago van de beroepen te werken", benadrukt minister Clerfayt.

Werkgelegenheidskansen die langdurig werkzoekenden motiveren  

88% van de werkzoekenden die een opleiding volgen is ten minste één jaar bij Actiris geregistreerd. "Bijna 9 op de 10 Brusselaars die kiezen voor een opleiding voor een knelpuntberoep zijn langdurig werkloos. Dit is een bemoedigend signaal en een bewijs dat al deze Brusselaars gemotiveerd zijn om zich op de arbeidsmarkt te begeven. De opleidingsverplichting voor langdurig werkzoekenden zal hun socioprofessionele inschakeling versterken. Meer dan ooit moeten we investeren in de vaardigheden van de Brusselaars", besluit de DéFI-minister. 

4.000 IT-onderdelen opnieuw gebruiksklaar dankzij Recycle IT

PC portables destinés au recyclage, un des aspects du programme Recycle IT

Het project “Recycle IT” werd aan het begin van de gezondheidscrisis opgezet door Bernard Clerfayt, de Brusselse minister van Digitalisering, om aan de behoeften van leerlingen en rusthuisbewoners te voldoen tijdens de lockdown. Door apparatuur van gewestelijke overheden een tweede leven te geven, zorgt Recycle IT ervoor dat "niets verloren gaat".

“We bewijzen een dienst aan mensen in nood terwijl we het materiaal van A tot Z herwaarderen. Ook al heeft een computer het einde van zijn levensduur bereikt, sommige onderdelen kunnen nog worden gerecycleerd," verklaart Bernard Clerfayt. Tussen 2020 en 2021 werden meer dan 1.800 pc's verdeeld.

Tijdens de gezondheidscrisis konden veel burgers het zich niet veroorloven computerapparatuur aan te schaffen. Daarom heeft Bernard Clerfayt, de minister van Digitale Transitie, beslist om op te treden door het project "Recycle IT" op te zetten.

“Toegang tot digitale technologieën verruimen”

"We leven in een hypergeconnecteerde wereld waar de digitale kloof steeds groter wordt. We moeten de toegang tot digitale technologieën verruimen en iedereen in staat stellen een sociale band te onderhouden, administratieve taken uit te voeren en zich optimaal te integreren in de samenleving", aldus Bernard Clerfayt, de Brusselse minister van Digitalisering.

Voor een uitgebreider en beter verdeeld aanbod van sportinfrastructuren in Brussel

Sportbeoefening is een motor voor gezondheid en sociaal contact. Hier ziet u de beoefening van tai chi.

Op voorstel van Bernard Clerfayt lanceert het Brussels Gewest een nieuwe projectoproep voor gemeenten voor een bedrag van 43 miljoen over 3 jaar. Door het aanbod van de sportinfrastructuren in Brussel te vergroten en beter te verdelen, wil de Minister meer Brusselaren de mogelijkheid bieden om in hun eigen buurt sport te beoefenen.

Het aanbod van bestaande sportinfrastructuren in Brussel aanvullen

De gemeenten moeten rekening houden met een belangrijk criterium: besteding van de investering in een wijk waar minder sportvoorzieningen zijn. De projecten voor bouw, uitbreiding, aanpassing of aankoop van sportinfrastructuren worden allereerst geselecteerd op basis van de kadastrale kaart van sportvoorzieningen (zie afbeelding hieronder).

Nombre d'aménagements de type infrastructures sportives par quartier

Andere selectiecriteria die in aanmerking worden genomen:

  • De infrastructuur heeft een buurt-overstijgend belang, waardoor de behoeften verdeeld kunnen worden. De organisatiemodaliteiten zijn overlegd met een of meer gemeenten.
  • De gemeente verplicht zich tot het toepassen van een geharmoniseerd tarief voor de Brusselaren, onafhankelijk van de gemeente waarin ze wonen.

Toegankelijkheid en energieprestaties

”Gemeenten waarvan de projecten voldoen aan verschillende indicatoren, zoals verbetering van de energieprestaties van de infrastructuren of verbetering van de toegankelijkheid van deze infrastructuren, kunnen profiteren van een verhoging van de aan hen toegekende subsidie”, licht de Brusselse Minister toe.

De gemeenten hebben tot 1 oktober 2022 de tijd om hun projecten in te dienen.

‘Sportbeoefening moet een recht worden’

Gymnastiek, voetbal, atletiek, maar ook parkour, gewichtheffen of tai chi, Brussel biedt talloze mogelijkheden om een sport te beoefenen. Maar in het licht van de demografische druk zijn er te weinig sportinfrastructuren in Brussel om aan de vraag te voldoen. Sportclubs geven vaak vóór het einde van het seizoen al aan vol te zijn.

Een sport beoefenen is echter belangrijk. “Sport is een ware motor van sociaal contact, federalisme, vorming en persoonlijke ontwikkeling en draagt bij aan een goede algemene gezondheid, stimuleert het zelfvertrouwen en voedt het samenleven met essentiële waarden. Sportbeoefening moet een recht worden”, benadrukt Bernard Clerfayt.

Union Sint-Gillis sluit zich aan bij het Gewest in de strijd tegen het achterlaten van dieren

Union Sint-Gillis sluit zich aan bij het Gewest in de strijd tegen het achterlaten van dieren

Elk jaar zorgt het vertrek met vakantie - de belangrijkste reden om een huisdier achter te laten - voor een piek van het aantal achtergelaten dieren. Het is belangrijk er nogmaals op te wijzen dat dieren geen producten zijn die men kan wegdoen wanneer men maar wil. Dat is de boodschap van de nieuwe campagne voor de strijd tegen het achterlaten van dieren.

En dit jaar bundelt de voetbalclub Union Sint-Gillis zijn krachten met het Brussels Gewest om alle Brusselaars te sensibiliseren voor de verantwoordelijkheden die gepaard gaan met de adoptie (of de aankoop) van een huisdier.

Een dier is geen product

"Dieren zijn geen speelgoed. Het zijn levende wezens die regelmatig aandacht nodig hebben. Men moet zich daarvan bewust zijn op het moment van de adoptie”, aldus Bernard Clerfayt, Brussels minister van Dierenwelzijn.

Achtergelaten langs de openbare weg!

In 2021 werden in het Brussels Gewest 2.822 katten en 628 honden achtergelaten of gevonden langs de openbare weg, evenals 89 konijnen en 20 reptielen.  Tegelijkertijd werden 619 honden, 2.253 katten, 79 konijnen en 14 reptielen geadopteerd. De Amerikaanse Staffordshire en de Mechelse herder behoren tot de hondenrassen die het meest in de asielen worden aangetroffen. Deze grote honden moeten een serieuze opvoeding krijgen, aangepast aan hun behoeften. Ze wachten maandenlang - en soms jarenlang - in een asiel op een nieuw baasje dat voor hen kan zorgen...

Ze adopteren en verzorgen

"Dieren zijn fantastische teamgenoten. Ze geven ons zoveel liefde als we voor hen zorgen. Opteer dus voor de adoptie van een dier uit een asiel in plaats van een dier te kopen. Een dier adopteren, dat is het mooiste geschenk dat u het kunt geven. Ik moedig iedereen aan om een dier te adopteren”, aldus Christian Burgess, verdediger bij Union Sint-Gillis.

Strijd tegen het achterlaten van dieren

Bemoedigende trend voor jonge werkzoekenden

Jeunes chercheurs d'emploi

Het aantal Brusselaren dat als werkzoekende is ingeschreven bij Actiris is minder hoog dan een jaar geleden, in juni 2021. En hoewel de totale afname 3,9% is, is deze opvallender voor jongeren onder de 25 jaar: 5,2% minder werkzoekenden op jaarbasis. Dit maakt Actiris deze maandagochtend bekend in een persbericht.

Voor sommige jongeren blijft de toegang tot werk een uitdaging

Van de jongere werkzoekenden blijven sommige een kwetsbare positie houden om de arbeidsmarkt te kunnen betreden. Van de ingeschreven werkzoekenden ontvangt namelijk 14,6% het leefloon (OCMW), terwijl van de jonge werkzoekenden 28,3% ondersteuning ontvangt van het OCMW. Dit grote aandeel van jongeren maakt weliswaar het negatieve effect van de afschaffing van de wacht- en overbruggingsuitkeringen duidelijk, maar wijst ook op de problemen die jongeren onder de 25 jaar tegenkomen in hun traject naar een baan.

Om jongeren te ondersteunen bij het zoeken van werk, biedt Actiris specifieke formules, evenals andere vormen van hulp die voor hen geschikt kunnen zijn:

Actiris verzamelt steeds meer vacatures: +37,3%

Ander goed nieuws dat Actiris bekendmaakte: het aantal rechtstreeks ontvangen vacatures is met 37,3% gestegen in vergelijking met juni 2021. De belangrijkste verklaring hiervoor is het hogere aantal verzamelde vacatures van het type 'interim’. In juni heeft Actiris 2836 ontvangen vacatures van het type ‘interim’ geregistreerd, terwijl dit aantal vorig jaar 1501 en in juni 2020 141 bedroeg. Het herstel van de sectoren die door de gezondheidsmaatregelen zijn getroffen is ook een verklaring voor deze toename.

Reglement voor arbeidsongeschiktheid van burgemeesters

Reglement voor arbeidsongeschiktheid van burgemeester

Voortaan ontvangen burgemeesters van wie de afwezigheid wordt gedekt door een doktersattest hun salaris gedurende maximaal drie maanden. Vervolgens valt de mandataris onder het socialezekerheidsstelsel dat op hem of haar van toepassing is.

De waarnemende burgemeester ontvangt het met de functie verband houdende salaris bij het aflopen van de ononderbroken periode van drie maanden.

“Momenteel ontvangt de zieke burgemeester het salaris voor onbepaalde tijd, terwijl dat niet geldt voor zijn of haar vervanger die daadwerkelijk de functie vervult. Het is tijd om een oude bepaling te wijzigen en een evenwichtig kader te ontwerpen waarin na drie maanden de vervanging van de burgemeester die langdurig ziek is, wordt voorzien”, zo concludeert Bernard Clerfayt.

Het plan met betrekking tot de voorschriften van Bernard Clerfayt, Brusselse Minister van de Plaatselijke Besturen, zal in september, na de zomervakantie, in stemming worden gebracht bij het Brusselse parlement.

Opeenvolgende ongelijke behandelingen

Momenteel kan een zieke burgemeester zijn of haar salaris voor onbepaalde tijd blijven ontvangen, maar binnenkort zal dit niet meer het geval zijn.

Het voor onbeperkte tijd ontvangen van het volledige salaris door de zieke burgemeester, terwijl de waarnemend burgemeester het salaris van schepen blijft ontvangen, levert problemen op. Het gemeenteraadslid dat op zijn beurt de schepen vervangt, heeft namelijk in de huidige situatie geen recht op het salaris van schepen zolang de schepen die burgemeester is geworden, geen recht heeft op het salaris van burgemeester.

Deze opeenvolgende ongelijke behandelingen zijn aanleiding geweest voor de uitvoerende macht in Brussel om de van kracht zijnde wetgeving op het gebied van verhinderingen of afwezigheid van de lokale uitvoerende mandatarissen te herzien.

 

Decumul van politieke functies: Brussel, eerste gewest dat zo ver gaat

Brussels Parlement

Op de agenda van het Brussels Parlement vandaag: het ontwerp van ordonnantie tot wijziging van de Nieuwe Gemeentewet in het kader van de hervorming van het plaatselijk bestuur. Op het menu: de volledige decumul tussen een plaatselijk uitvoerend mandaat en een parlementair mandaat; de vermindering van het aantal schepenen en de opwaardering van het statuut van de gemeenteraadsleden.

Decumul van toepassing op 8 volksvertegenwoordigers

Het eerste principe van deugdelijk bestuur, de volledige decumul tussen een lokaal uitvoerend mandaat en een parlementair mandaat, gaat in vanaf 2024. Aldus zullen de lokale mandaathouders zich volledig kunnen wijden aan hun functie. Momenteel geldt deze maatregel voor 8 volksvertegenwoordigers (gewestelijke of federale).

"De wereld verandert en daarmee ook de verwachtingen van de burgers.  De mensen willen dat we ons volledig inzetten voor een mandaat en niet langer voor mandaten. Het tegendeel denken is de evolutie van het beheer van het openbaar belang ontkennen. Ik ben verheugd dat we vooruitgang kunnen boeken met betrekking tot deze belangrijke aspecten van goed bestuur. Brussel is het eerste gewest in het land dat zo ver gaat om het plaatselijk bestuur te verbeteren Het verheugt mij dat wij vooruitgang kunnen boeken met deze belangrijke aspecten van goed bestuur. Brussel is het eerste gewest in het land dat zo ver en zo hard gaat om het lokaal bestuur te verbeteren. In Vlaanderen gebeurt de decumul op vrijwillige basis en in het Waalse Gewest kan slechts driekwart van de leden van elke fractie niet cumuleren met een mandaat bij het college. Een inspiratiebron voor de andere twee gewesten?”, besluit Bernard Clerfayt.    

Minder en beter ondersteunde mandaathouders

En er is meer: de vermindering van het aantal schepenen. De gemeenteraden hebben de komende legislatuur één schepen minder. De gemeenteraad zal echter de mogelijkheid hebben om desgewenst met meer dan één eenheid te verminderen.

Net als in het Vlaamse Gewest, zullen de burgemeesters en schepenen een uittredingsvergoeding kunnen krijgen als hun mandaat niet wordt verlengd of bij ontslag om medische redenen. Langdurige arbeidsongeschiktheid moet in dit geval met een medische verklaring worden aangetoond.

Billijke vergoeding van gemeenteraadsleden

Ten slotte zullen de presentiegelden van de gemeenteraadsleden worden verhoogd en zullen ze variëren tussen 100 en 200 euro bruto om een billijke vergoeding te garanderen voor werkvergaderingen in een gemeenteraad of commissie en voor de voorbereiding ervan.

Knelpuntberoepen zijn vooral sectoren die personeel zoeken; hun aantrekkelijkheid moet worden verhoogd!

De bouwsector, een van de sectoren die met een tekort aan arbeidskrachten te kampen hebben.

Gebrek aan kandidaten, sollicitanten zonder de juiste kwalificaties, moeilijke arbeidsomstandigheden: het is duidelijk waarom het aantal knelpuntberoepen blijft aanhouden.

De officiële lijst van knelpuntberoepen werd zopas gepubliceerd door view.brussels, het Brussels Observatorium voor Werk en Opleiding. Veel beroepen behoren al langer tot de knelpuntberoepen. Dat is het geval voor onder andere leraars, verplegend personeel, informatici en beroepen in de bouwsector.

Het goede nieuws is evenwel dat deze sectoren wel degelijk personeel zoeken! 85.000 werkzoekenden aan de zijlijn is te veel. En deze 113 knelpuntberoepen bieden potentiële banen voor werkzoekenden die de mogelijkheid hebben om zich te heroriënteren en een opleiding te volgen.

Daarom heeft de minister van Werk, Bernard Clerfayt, besloten de sectoren te mobiliseren die het meest door een tekort aan arbeidskrachten worden getroffen. Hoe? Door rondetafelgesprekken per sector te organiseren. Waarom? Om voor elke sector een aangepaste aanpak te ontwikkelen door werkgeversorganisaties, vakbonden en deskundigen op het gebied van werkgelegenheid en opleiding bijeen te brengen.

Er zijn al vier bijeenkomsten georganiseerd voor de bouwsector, de horeca, de digitale technologie en de technologische industrie. Deze beroepen moeten de nodige zichtbaarheid en waarde krijgen. De deelnemers aan de rondetafelgesprekken hebben met name het idee geopperd een label in te stellen voor "beste" technicus, projectontwikkelaar, metselaar, kok of zelfs barman.

In september zullen de werkzaamheden worden voortgezet, met name in de sector Transport & Logistiek en in de sector van de Gezondheidszorg.

Nuttige links:

Strijden tegen discriminatie bij aanwerving om alle talenten te benutten

Jonge arbeider in opleiding. Discriminatie bestrijden om alle talenten te benutten.

De Brusselse Regering lanceert een nieuwe projectoproep ter bestrijding van discriminatie bij aanwerving. Dit jaar is het thema "origine”, een initiatief van Bernard Clerfayt, de Brusselse minister van Werk.

Om discriminatie bij aanwerving te bestrijden en diversiteit op de arbeidsmarkt te bevorderen, lanceert het Brussels Gewest een nieuwe oproep tot het indienen van projecten ter waarde van 1.150.000 euro. Voor deze editie van 2022 is gekozen voor een bijzonder thema: origine. Om geselecteerd te kunnen worden, moeten de projecten dus rekening houden met het criterium van etnische of nationale afkomst.

Krijgen we allemaal dezelfde kansen bij het vinden van werk?

Hoewel dit vooral afhangt van vaardigheden en kennis, zijn origine, geslacht, leeftijd en handicap maar al te vaak bepalende factoren.

Deze vraag is des te belangrijker in het Brussels Gewest, een multiculturele stad met meer dan 180 nationaliteiten. Uit de laatste Socio-economische Monitoring van UNIA blijkt dat de werkgelegenheidsgraad van Brusselaars van Belgische origine in 2016 71% bedroeg. Dit percentage daalt tot 42% voor de Brusselaars van Noord-Afrikaanse origine en tot 40% voor de inwoners van andere Afrikaanse landen. Discriminatie, al dan niet bewust, werkt in het nadeel van sollicitanten van vreemde origine, zowel bij hun aanwerving als gedurende hun loopbaan.

Brussel heeft al zijn talenten nodig

"Discriminatie bij aanwerving is echter niet onvermijdelijk", verklaart Bernard Clerfayt, de Brusselse minister van Werk. "Mijn rol bestaat erin meer Brusselaars toegang tot werk te geven, eigenlijk álle Brusselaars. De bestrijding van discriminatie bij aanwerving is daarom van essentieel belang en is een van de prioriteiten van mijn werkgelegenheidsbeleid. We kunnen het ons niet veroorloven duizenden Brusselse talenten verloren te laten gaan. Dat zou een maatschappelijke verspilling zijn!”

Zorgen voor de continuïteit van wat werkt

Daarnaast zal 400.000 euro worden toegekend voor de voortzetting van de winnende projecten van de editie 2021 waarvan de resultaten een overtuigend effect op de diversiteit op de arbeidsmarkt hebben gehad. 

"Diversiteit in bedrijven is nog niet de norm. De economische wereld bezwijkt maar al te vaak, bewust of onbewust, voor de verleiding om verschillen af te wijzen. Deze oproep tot het indienen van projecten is een deel van de oplossing voor al diegenen die ik dagelijks ontmoet en die mij vertellen hoe moeilijk het voor hen is om een job te vinden vanwege hun huidskleur", besluit Bernard Clerfayt, de Brusselse minister van Werk.

ART2WORK : “… de beste versie van mezelf worden”

Minister Bernard Clerfayt bezoekt Art2Work, hier in gesprek met de directeur van het centrum, Wim Embrechts.

Voor talrijke Brusselse jongeren die in wijken wonen waar het dagelijkse leven een harde uiting is van sociale spanningen en het ontbreken van banden met de economische wereld, vergt het plannen van een professioneel project enorm veel energie.

Het Brussels Gewest heeft daarom actoren op het terrein willen mobiliseren, vaak burgerinitiatieven, uit de verenigingssector of uit het maatschappelijk middenveld. Waarom zijn ze essentieel?  Juist om het echte potentieel van jongeren in deze buurten te mobiliseren. Omdat de diensten die geïntegreerd zijn in ons Gewestelijk Werkgelegenheidsagentschap Actiris, hen niet altijd kunnen bereiken.

Op donderdag 23 juni bracht minister van Werk Bernard Clerfayt een bezoek aan ART2WORK. Het team werkt met laaggeschoolde jongeren en helpt hen hun persoonlijke en professionele projecten te ontwikkelen. Het verwerven van zelfvertrouwen, het omzetten van hun projecten in concrete acties en het zoeken naar middelen zoals opleidingen zijn allemaal doelstellingen die voor elke jongere moeten worden bereikt. Een individueel coachingstraject maakt deel uit van het proces en wordt hen systematisch aangeboden.

ART2WORK biedt professionele ondersteuning aan ongeveer 50 jongvolwassenen per jaar (tussen 18 en 30 jaar oud). De overgrote meerderheid van hen voltooit het traject (80%), en 85% onderneemt actie op professioneel vlak (werk, opleiding, stage of vrijwilligerswerk).

Wim Embrechts, directeur van het centrum, legt de nadruk op de fundamenten waarop de deelnemers kunnen terugvallen om werk te vinden of een opleiding te starten: je ontwikkelen als persoon, je leven in eigen handen nemen, meer zelfvertrouwen verwerven. Zoals een deelneemster, Alina, het zo mooi verwoordt: "Ik wil de beste versie van mezelf worden.”