Europese Hof van Justitie bevestigt mogelijkheid om het slachten met omkeerbare bedwelming op te leggen

Europese Hof van Justitie

Het Hof van Justitie van de Europese Unie heeft zopas zijn arrest gewezen: de lidstaten mogen de omkeerbare bedwelming opleggen in het kader van religieuze riten. De uitspraak van het Hof bepaalt dat "de lidstaten nationale voorschriften kunnen aannemen om op het gebied van rituele slachtingen dieren bij het doden uitgebreider te beschermen dan de [Europese] verordening nr. 1099/2009 voorschrijft". Deze beslissing blaast het debat in het Brussels Gewest nieuw leven in.

In 2017 hebben het Vlaamse Gewest en het Waalse Gewest beide teksten aangenomen die omkeerbare bedwelming verordenen in het kader van slachtingen voorgeschreven door een religieuze ritus. Het Hof van Justitie van de Europese Unie werd door het Belgische Grondwettelijk Hof gevat, nadat verschillende joodse en moslimverenigingen in november 2017 een vordering tot nietigverklaring hadden ingediend tegen deze twee decreten.

Het Hof van Justitie heeft zojuist uitspraak gedaan: “Verordening nr. 1099/2009 verzet zich er dan ook niet tegen dat de lidstaten de verplichting om de dieren vóór het doden te bedwelmen ook opleggen voor slachtingen die vereist zijn voor religieuze riten […]. Het Hof komt tot de slotsom dat de maatregelen van het decreet een juist evenwicht tot stand kunnen brengen tussen het belang dat wordt gehecht aan het dierenwelzijn enerzijds en de vrijheid van joodse en islamitische gelovigen om hun godsdienst te belijden anderzijds.”

Dit arrest zal het debat in het Brussels Gewest nieuw leven inblazen. “De GBV dwingt de partners van de meerderheid van de Brusselse Regering niet in de ene of de andere richting. Elke ontwikkeling op dit gebied vereist een sereen overleg met alle betrokken partijen om een goed evenwicht te vinden tussen dierenwelzijn en godsdienstvrijheid”,brengt Bernard Clerfayt, de Brusselse minister van Dierenwelzijn, in herinnering.

Erkenning voor kinderboerderijen

Erkenning voor kinderboerderijen

Elk jaar nemen de Brusselse autoriteiten honderden dieren in beslag. Het gaat hoofdzakelijk om honden en katten, maar in bepaalde gevallen worden ook servals, apen of nandoes aangetroffen. Door de recente inbeslagname in een school in Vorst wordt de invoering van een erkenning voor kinderboerderijen versneld.

In 2019 werden in het Brussels Gewest 68 dieren in beslag genomen. In 2020 blijkt uit de meest recente, beschikbare cijfers dat er 29 inbeslagnames werden uitgevoerd (voor 110 dieren): voornamelijk honden en katten die niet in goede omstandigheden werden gehouden of waarvoor niet correct werd gezorgd.

Welke gevolgen voor eigenaren die hun dieren slecht behandelen?

Na het opstellen van een proces-verbaal wordt het verzonden naar het parket, dat 6 maanden de tijd heeft om te beslissen om de dader van de feiten al dan niet te vervolgen. Als het parket beslist om vervolging in te stellen in het dossier, kan de rechtbank een gevangenisstraf uitspreken van 8 dagen tot 2 jaar en/of een boete van 50 tot 100.000 euro opleggen. De rechter kan het baasje eveneens verbieden, voorgoed of voor een periode van 1 maand tot 3 jaar, om dieren te houden.

Als het parket niet vervolgt of geen beslissing neemt binnen de termijn van 6 maanden, kan Leefmilieu Brussel een administratieve boete opleggen die tussen 50 en 62.500 euro bedraagt. In 2019 werden 25 administratieve boetes verstuurd en tussen januari en november 2020 werden er 20 verzonden.

“Evenredige boetes opleggen is ook een manier om de burgers te sensibiliseren voor het dierenwelzijn. Het werkt eveneens ontradend om toekomstige overtredingen te voorkomen en draagt bij aan de verbetering van het dierenwelzijn”, aldus Bernard Clerfayt, de Brusselse minister van Dierenwelzijn.

Erkenning voor kinderenboerderijen om projecten te definiëren en aan te wijzen en vervolgens op te volgen

De controles die kunnen leiden tot inbeslagnames, kunnen zowel door Leefmilieu Brussel als door de politiediensten worden uitgevoerd, over het algemeen op basis van een klacht.

“In het kader van de inbeslagname in de school in Vorst had Leefmilieu Brussel nooit een controle uitgevoerd, eenvoudigweg omdat het niet van haar bestaan afwist. Deze situatie bevestigt opnieuw het belang van wetgeving voor kinderboerderijen. Ik wil een erkenning in het leven roepen voor alle plaatsen waar dieren voor educatieve doeleinden worden gehouden, zoals kinderboerderijen. Deze erkenning zal eveneens specifieke minimumnormen voor het houden van dieren moeten omvatten, alsook een educatief project in verband met dierenwelzijn”, stelt Bernard Clerfayt.

Werk van werknemers gemeenten en OCMW’s opwaarderen

Werk van werknemers gemeenten en OCMW’s opwaarderen

Alle ambtenaren die werken bij de Brusselse plaatselijke besturen (werknemers van de gemeenten en OCMW’s), krijgen een eenmalige premie van 500 euro toegekend. Op die manier wordt de koopkracht van bijna 30.000 ambtenaren versterkt.

“Het is meer dan 12 jaar geleden dat de lonen van de werknemers van de gemeenten en van de OCMW’s werden opgewaardeerd. En voor de hoogste niveaus meer dan 20 jaar geleden. Resultaat: tal van gemeentelijke ambtenaren ruilen het plaatselijke niveau voor de gewestelijke of federale overheidsdiensten. Bijgevolg heeft de Brusselse Regering zich ertoe verbonden om in 2020 15 miljoen euro vrij te maken, alsook 22,5 miljoen euro in 2021, 33,8 miljoen euro in 2022, 45 miljoen euro in 2023 en 56,3 miljoen euro in 2024, of ruim 170 miljoen euro over de hele legislatuur”, stelt Bernard Clerfayt, de Brusselse minister van Plaatselijke Besturen.

Eenmalige premie in 2020

In 2020 wordt de 15 miljoen euro omgezet in een eenmalige premie van 500 euro voor de zowat 30.000 werknemers van de gemeenten en de OCMW’s. Waarom? Om te vermijden dat er nieuwe salarisschalen met terugwerkende kracht moeten worden goedgekeurd die een omslachtige herziening van de salarissen door de gemeentelijke personeelsdiensten vereisen. De verdeling van de 15 miljoen euro tussen de gemeenten is gebeurd op basis van het aantal voltijdsequivalenten.

Zoals bij de vorige opwaarderingen zal een deel van de premie ten laste zijn van de werkgevers van de plaatselijke ambtenaren, namelijk de gemeenten. Zij hebben zich nooit verzet tegen hun bij te dragen aandeel. Integendeel: 18 van de 19 gemeenten hebben, door middel van een in de gemeenteraad goedgekeurde motie, geoordeeld dat de looneisen legitiem waren. Zij hebben zich er dan ook onvermijdelijk toe verbonden om een deel ervan te financieren.

“Het Gewest is nog nooit zo massaal tussengekomen voor de gemeentelijke medewerkers. In 2020 nemen we bijna 87% van de kosten van de maatregel op ons. En van 2021 tot 2024 zullen we bijdragen voor 75% van de totale kosten”, besluit de Brusselse minister.

Drie opwaarderingen in 20 jaar

Sinds het begin van de jaren 2000 zijn de lonen van de gemeentelijke werknemers driemaal aanzienlijk opgewaardeerd dankzij een tussenkomst van het Gewest. In 2001 kregen alle plaatselijke ambtenaren 2% meer loon, waarvan 1% ten laste van het Gewest. In 2005 vond de tweede opwaardering plaats voor de plaatselijke ambtenaren met hoogstens een diploma van het basisonderwijs (niveaus E en D). Zij kregen 3% meer loon, waarvan 2% ten laste van het Gewest. En in 2007 werd de derde opwaardering doorgevoerd voor de plaatselijke ambtenaren met een diploma van het hoger middelbaar onderwijs (niveau C). Zij ontvingen 3% meer, waarvan ook 2% ten laste van het Gewest.

Dolfijnen in gevangenschap voortaan ondenkbaar in Brussels Gewest

Dolfijnen

“Door het houden van walvisachtigen en andere zeeroofdieren te verbieden, wil ik de vestiging van een waterpark op het Brusselse grondgebied onmogelijk maken en een krachtige boodschap richten tot de gewesten en landen die dat nog wel toelaten. De negatieve gevolgen van de gevangenschap van deze dieren voor hun fysieke en mentale gezondheid zijn reeds lang gekend. Tal van landen hebben al een heel beschermende wetgeving voor zeedieren aangenomen door hun gevangenschap in themaparken te verbieden. Nogmaals, we moeten onze relatie tot de dieren opnieuw bekijken. Vinden we het echt leuk om deze dieren in het water te zien springen voor enkele visjes? Is dit het beeld van dieren als slaven dat we onze kinderen willen meegeven?”, vraagt de Brusselse minister zich af.

Het ontwerp van ordonnantie dat het houden van walvisachtigen en zeeroofdieren in het Brussels Gewest verbiedt en in laatste lezing door de Regering werd goedgekeurd, zal reeds in januari ter stemming aan het Parlement worden voorgelegd.

Niet anticiperen zou roekeloos zijn geweest

We zijn steeds meer bekommerd om het welzijn van dieren. En terecht uiten we onze ernstige ongerustheid over het lot van dolfijnen, orka’s, bruinvissen, maar ook zeeleeuwen of zeehonden die in dolfinaria en andere parken gehouden worden.

De wetenschappelijke wereld waarschuwt ons overigens voor de gevangenschap van deze zeedieren. Volgens wetenschappers zijn ze intelligent en hebben ze ontwikkelde cognitieve capaciteiten. Hun gevangenschap in een afgesloten ruimte enkel en alleen om het publiek te vermaken, terwijl ze gewoonlijk vele honderden kilometers zwemmen, kan dan ook vergeleken worden met opsluiting.

SmartMove: een slimme en vooral eerlijkere kilometerheffing

SmartMove: een slimme en vooral eerlijkere kilometerheffing

Dankzij SmartMove wil het Brussels Gewest de huidige verkeersbelasting vervangen door een eerlijkere maatregel, namelijk de slimme kilometerheffing. De Brusselse Regering wil een tool invoeren die noodzakelijk is voor de verbetering van de levenskwaliteit in de stad. Deze autofiscaliteit berekend op basis van objectieve gegevens, die eerlijker is en dichter bij de gewoonten en de noden van eenieder staat, is een onmisbare hefboom om de stad te ontlasten en onze straten en wijken aangenamer en gezelliger te maken.

Eerste stap gezet, ruimte voor overleg

Er is echter geen sprake van om deze oplossing zomaar op te leggen. Het door de Regering voorgestelde model moet geleidelijk aan operationeel worden, in overleg met de sociale partners uit het bedrijfsleven en het actieve deel van de bevolking. Er moet uiteraard ook overlegd worden met het federale niveau en de andere gewesten van ons land. Het is de bedoeling SmartMove in 2022 op te starten.

SmartMove, een toekomstgericht model

Het model dat de Brusselse Regering op tafel heeft gelegd, is duidelijk gericht op de gebruikers. Brusselaars, pendelaars, bezoekers, ondernemers: iedereen heeft recht op een modern stadsgewest waarin we ons beter kunnen verplaatsen. Wat goed is voor Brussel, is goed voor ons land.

Om deze doelstellingen te bereiken, is het beoogde heffingsmodel gebaseerd op een aangepast en rationeel gebruik van de eigen wagen om zich in de stad te verplaatsen. Om de druk van het autoverkeer te verlagen, zal het aldus minder duur zijn om in de daluren, ‘s avonds of tijdens het weekend te rijden, en in de spits zal een kilometer meer kosten. De kosten per kilometer worden ook aangepast in functie van het vermogen van het voertuig. Dat noemt men de slimme kilometerheffing. Tal van Europese steden, zoals Stockholm, Londen en Milaan, keurden deze maatregel reeds goed.

SmartMove, een structurele oplossing als antwoord op alarmerende vaststellingen

Het tijdverlies per traject bedraagt vandaag gemiddeld 45 minuten, wat een meerwaardeverlies van meer dan een miljard euro is voor ons Gewest. De ergste gevolgen van deze situatie zijn echter van gezondheidsaard: de slechte luchtkwaliteit is vandaag verantwoordelijk voor ongeveer 1.000 vroegtijdige overlijdens per jaar.

Voor een nieuw mobiliteitsbeheer ten dienste van elkeen

SmartMove zal een rationeler beheer van de mobiliteit in het Brussels Gewest mogelijk maken. Een mobiele applicatie zal ervoor zorgen dat de kosten van de uitgevoerde verplaatsingen in real time gekend zijn. Op ieder ogenblik zal de gebruiker alternatieven voor de wagen voorgesteld krijgen om zijn bestemming te bereiken, de impact op de luchtkwaliteit kunnen berekenen, etc.

De gegevens die door deze technologie verzameld en geanonimiseerd worden, zullen leiden tot betere diensten voor de Brusselaars in het belang van de mobiliteit, de rechtstreeks betrokken bedrijven, het geheel van economische activiteiten en de veiligheid.

De gegevens in real time zullen worden gebruikt om het verkeer om te leiden bij incidenten en werken, om de beste locaties te bepalen voor Villo-stations of plaatsen voorbehouden voor wagens van Cambio bijvoorbeeld. Zij zullen het mogelijk maken om de impact van nieuwe, geplande verkeersvoorzieningen te simuleren en op die manier te anticiperen op beslissingen die niet gepast zouden zijn.

De navigatiesystemen, alsook de taxi- en leveringsdiensten, zullen eveneens voordeel halen uit het gebruik van deze gegevens door de voorspellingen over de files te verbeteren.

Voor Bernard Clerfayt, de minister van Digitalisering, “plaatsen deze technologische innovaties de mensen in het centrum van de moderne stedelijke mobiliteit. De mensen zullen de stad echt in hun zak hebben zitten. We zetten een bijkomende stap in de transformatie van Brussel in een smart city. Met SmartMove is Brussel wereldwijd een pionier”.

Voor de economie en voor werk

Er is, vandaag, met de crisis, geen sprake van een negatieve impact op de werkgelegenheid. Uit een in november uitgevoerde studie blijkt dat er op korte termijn bijna geen invloed is op de werkgelegenheid. In geen enkele stad waar een gelijkaardig systeem werd ingevoerd, zijn de ondernemingen uit de stad weggetrokken.

De huidige filedruk kost de bedrijven geld: deze beïnvloedt hun rendabiliteit en dus hun capaciteit om te investeren en aan te werven. Het was absoluut nodig om de mobiliteit in de stad een nieuw elan te geven en een einde te maken aan de verkeerschaos. “Wie zaken wil doen in de stad en zich zonder files kan verplaatsen, doet betere zaken”, besluit Bernard Clerfayt.

Lijst met reptielen die als huisdier mogen worden gehouden

Liste des reptiles autorisés en Région bruxelloise

“Er zijn meer dan 11.000 verschillende soorten reptielen. Dat is veel! En veel exemplaren zijn niet geschikt voor het leven in gevangenschap. We moeten zorgen voor de bescherming van deze dieren. Daarom heb ik besloten het aantal soorten te beperken tot 422: 249 hagedissen, 107 slangen en 66 schildpadden ”, legt Bernard Clerfayt, de Brusselse minister van Dierenwelzijn, uit.

Lijst met reptielen van toepassing vanaf 01/06/2021

Op voorstel van Bernard Clerfayt heeft de Brusselse Regering in laatste lezing een lijst goedgekeurd met 422 reptielen die in het Brussels Gewest mogen worden gehouden: 249 hagedissen, 107 slangen en 66 schildpadden. De maatregel treedt in werking op 1 juni 2021.

 “Het opstellen van een lijst met diersoorten die als huisdier mogen worden gehouden, is essentieel om impulsaankopen af te remmen. En om de bescherming van dieren te versterken, is het nodig om normen vast te stellen voor het houden van dieren. Voor het eerst hebben we aan de lijst met reptielen de minimale voorwaarden voor het houden van dieren toegevoegd om het welzijn van deze dieren die specifieke voorzieningen vereisen, te garanderen. We konden niet langer wachten om het welzijn van deze nieuwe gezelschapsdieren, die steeds meer in trek zijn bij het grote publiek, te waarborgen”, verklaart Bernard Clerfayt, de Brusselse minister van Dierenwelzijn.

Vanaf 1 juni zullen Brusselaars die een soort wensen te houden die niet tussen de 422 exemplaren voorkomt, een erkenningsaanvraag moeten indienen bij Leefmilieu Brussel. Brusselaars die reptielen houden die niet op de lijst staan, kunnen ze houden op voorwaarde dat ze kunnen aantonen dat ze het dier reeds bezaten voor de positieve lijst met reptielen van kracht werd.

Criteria voor de opmaak van de lijst met toegelaten reptielen

Om te bepalen welke reptielen door particulieren mogen worden gehouden, hebben deskundigen uit de Brusselse Dierentuincommissie verschillende criteria vastgelegd:

  • het gemak waarmee het dier kan worden gehouden,
  • de toegang tot voedsel,
  • de handelbaarheid van het dier, rekening houdend met de grootte ervan;
  • de kwetsbaarheid van de soort,
  • het mogelijke gevaar voor de mens en
  • de beschikbaarheid van gedetailleerde informatie over het houden van de soort, met name over de behoeften en voorwaarden om de soort in gevangenschap te houden.

Reptielen, uitheemse dieren met specifieke behoeften

Deze nieuwe gezelschapsdieren worden steeds populairder. Steeds meer slangen, hagedissen en zelfs schildpadden worden door Brusselaars als huisdier gehouden. Een uitheems dier in gevangenschap houden is echter niet eenvoudig en vraagt kennis van zaken, tijd, ruimte en geld. Het was dus tijd om regels uit te vaardigen over de reptielsoorten die in het Brussels Gewest toegelaten zijn, om het houden van deze nieuwe gezelschapsdieren zo goed mogelijk te reglementeren.

Verlichting is erg belangrijk voor het welzijn van sommige reptielen. Het terrarium moet daarom verlicht worden volgens het ritme van het dier. Reptielen zijn koelbloedig, maar houden van warmte. Het terrarium moet zijn uitgerust met een warmtebron die geschikt is voor de soort en zijn behoeften. Ook ventilatie, voeding en water zijn aandachtspunten die behoren tot de normen die werden vastgelegd voor het houden van dieren. Tot slot moet de huisvesting beantwoorden aan de behoeften van de betrokken soort.

Begroting voor dierenwelzijn stijgt met 33%

Begroting voor dierenwelzijn stijgt met 33%

De begroting voor dierenwelzijn wordt met 33% verhoogd. Deze stijging is ongezien sinds de regionalisering van deze bevoegdheid in 2014.

Deze evolutie van de begroting bewijst dat de minister van Dierenwelzijn, Bernard Clerfayt, de bescherming van de dieren in het Brussels Gewest wil verbeteren.

Naast de cijfers – we gaan van 1,5 miljoen naar 2 miljoen euro – heeft de minister op woensdag 25 november zijn projecten uiteengezet aan het Parlement in het kader van de voorstelling van de begroting voor 2021.

Aantal proefdieren verminderen

Het budget dat wordt toegekend voor de zoektocht naar alternatieve methoden, zal in 2021 met 250.000 euro worden verhoogd en aldus 360.000 euro bedragen. In 2019 is het aantal gebruikte proefdieren reeds met 25% afgenomen, van 80.000 in 2018 naar 60.000 dieren in 2019. De doelstelling van de Regering bestaat erin het aantal dieren dat bij wetenschappelijke experimenten gebruikt wordt, drastisch te verminderen.

Dierenasielen ondersteunen

Er zal 100.000 euro extra besteed worden aan het ondersteunen van de dierenasielen. Dat is een verdrievoudiging van het budget voor deze noodzakelijke maatregel om het welzijn van de dieren in deze opvangstructuren te waarborgen. “Momenteel werken erkende asielen voornamelijk dankzij donaties van particulieren. Middelen die sterk kunnen variëren van jaar tot jaar en waarmee sommige amper het hoofd boven water kunnen houden. Deze opvangstructuren zijn nochtans onze eerste partners in de strijd voor de bescherming van dieren”, legt Bernard Clerfayt uit.

Meer controles om dierenwelzijn te waarborgen

De dienst voor diergeneeskundige inspectie zal versterkt worden met de aanwerving van een extra medewerker. Deze rekrutering, waar veel parlementsleden om hebben gevraagd, zal het mogelijk maken om de controles uit te breiden.

Brussels Wetboek voor Dierenwelzijn voorbereiden

Tot slot kondigde de minister ook aan dat in 2021 een website gelanceerd zal worden over de verwezenlijking van het toekomstige Brussels Wetboek voor Dierenwelzijn. Het doel is om de Brusselaars te betrekken bij de uitwerking van het Wetboek door hen te vragen naar hun relatie met levende wezens en naar wat er volgens hen zou moeten gebeuren.

“Fiona, Poly, ... Recente gebeurtenissen hebben ons herhaaldelijk laten zien dat de kwetsbare positie van dieren ten aanzien van de mens gepaste en ambitieuze reacties vereist, op hetzelfde niveau als de bescherming die we dieren willen bieden. Voor het eerst stijgt de begroting voor dierenwelzijn aanzienlijk, namelijk met 33%, wat bewijst dat dierenbescherming in het Brussels Gewest een prioriteit is”, besluit de Brusselse minister.

“Rebound.brussels”, maatregel voor nieuwe werkzoekenden

“Rebound.brussels”, maatregel voor nieuwe werkzoekenden

“Met rebound.brussels willen we voormalige werknemers snel opvangen. Zij hebben competenties, zij bezitten kennis. Zij moeten zo snel mogelijk opnieuw een job vinden om te vermijden dat ze vast komen te zitten in de werkloosheid. Het is een race tegen de klok”, aldus Bernard Clerfayt, de Brusselse minister van Werk.

“Rebound.brussels” is de maatregel die gewijd is aan de begeleiding op maat van nieuwe werkzoekenden die het slachtoffer werden van een faillissement. Een innovatie in het Brussels Gewest om een antwoord te bieden op de crisis waaraan de Brusselse Regering het hoofd wil bieden.

Begeleiding op maat

Concreet zal elke werknemer begeleiding op maat genieten die aangepast is aan zijn competenties. Het is de bedoeling om de nieuwe werkzoekenden te oriënteren naar duurzame sectoren, door hen opleidingen en een persoonlijke coaching aan te bieden.

De begeleiding, die verstrekt zal worden door Actiris en de sociale begeleiders, afkomstig uit de syndicale organisaties, is individueel. Toch zal een nooit geziene gezamenlijke aanpak gehanteerd kunnen worden, met name in het geval van een faillissement van een onderneming waar veel mensen werken. De werknemers die zich herscholen, zullen samen hun nieuwe beroepsproject kunnen opbouwen, terwijl eenieder kan steunen op het stimulerende effect van een positieve groepsdynamiek.

3,5 miljoen euro in 2021

Het project betreft alle werknemers die ontslagen werden als gevolg van een bedrijfsfaillissement dat plaatsvond vanaf 1 juli 2020. Rebound.brussels zal in 2021 over een budget van 3,5 miljoen euro kunnen beschikken om meer dan 2.000 Brusselaars te begeleiden en weer aan het werk te krijgen.

Dierproeven: verscherpte controles en verspreiding van alternatieven

Het aantal dieren dat betrokken is bij dierproeven verminderen

Om de controles efficiënter te maken en dossiers met betrekking tot dierproeven sneller te verwerken, wordt het hele proces gedigitaliseerd. Tegelijkertijd wordt er een kadaster opgericht van alternatieve methodes voor dierproeven. De VUB is door de Brusselse regering belast met de uitvoering van deze werkzaamheden en de verspreiding van de alternatieve methodes.

"Ik wil het lijden van proefdieren zoveel mogelijk vermijden. De bescherming van dieren en de ontwikkeling van alternatieve methodes blijven twee van mijn belangrijkste prioriteiten”, herhaalt de Brusselse minister van Dierenwelzijn Bernard Clerfayt.

De Brusselse regering heeft zojuist, op voorstel van de minister, haar verbintenis  vernieuwd om proefdieren beter te beschermen en de ontwikkeling en verspreiding van alternatieve methoden voor dierproeven aan te moedigen. Deze maatregelen zijn essentieel om te komen tot een drastische vermindering van het aantal proefdieren.

Brede verspreiding van alternatieve methodes voor dierproeven

Dit kadaster is tot op heden het referentiepunt voor alternatieven voor dierproeven. Het inventariseert alle bestaande initiatieven. Uiteindelijk zal een grotere toepassing van deze methodes niet alleen het dierenwelzijn verbeteren, maar ook het aantal gebruikte proefdieren verminderen.

Dierenproeven onder toezicht

In 2019 werden 62.641 proefdieren gebruikt door de 68 in het Brussels Gewest erkende laboratoria, tegenover 82.086 in 2018.

In het Brussels Gewest zijn dierproeven streng gereglementeerd: de dieren die voor proeven worden gebruikt, genieten wettelijke bescherming en alle instellingen, die vooraf erkend moeten zijn, worden onderworpen aan controles.

Het is een sterke verbintenis uit het meerderheidsakkoord: blijven streven naar een drastische vermindering van het aantal proefdieren en de ontwikkeling en verspreiding van alternatieve methodes ondersteunen.

Jobs te redden in over te nemen ondernemingen

Een nationale primeur: het Brussels Gewest lanceert een coöperatie voor “overnemerschap”

Een nationale primeur: het Brussels Hoofdstedelijk Gewest lanceert een coöperatie voor de overname van activiteiten. De context van de crisis zet de Brusselse Regering aan om blijk te geven van creativiteit om overal waar het kan, jobs te redden.

In ondernemingen of handelszaken in moeilijkheden is relance mogelijk door de gerealiseerde prestaties om te zetten in een aangepast concept. Natuurlijk is er de activiteit van de ondernemer die gered of gecreëerd kan worden, maar vaak zijn er ook rechtstreeks of onrechtstreeks jobs bij betrokken.

Grotere kansen op slagen

Door een onderneming over te nemen en haar in goede omstandigheden herop te starten, maakt de ondernemer een goede kans om op de lange termijn te slagen.

Er werd aangetoond dat het percentage overgenomen ondernemingen dat na 3 jaar nog actief is, groter is dan dat van nieuw opgerichte ondernemingen. Het “overnemerschap” verhoogt dus de kans om een activiteit te verduurzamen in verhouding tot het oprichten van een onderneming.

Het overnemen van een onderneming en het potentieel ervan valoriseren, moet niettemin weldoordacht gebeuren. Er wordt een coöperatie voor de overname opgericht om de kandidaat-overnemers met kennis van zaken te begeleiden: hulp bij de uitwerking van een financieel plan, boekhouding, projectbeheer, HR-ondersteuning, klantenrelaties, etc.

740.000 euro om overnemers te begeleiden

De Brusselse Regering investeert dit jaar 140.000 euro om 25 kandidaat-overnemers te begeleiden en in 2021 600.000 euro om de opdracht voort te zetten.

Het proefproject zal ontwikkeld worden onder de vorm van een coöperatie voor activiteiten en tewerkstelling met sociaal oogmerk binnen de groep JobYourself-DIES. Dat is een Brusselse structuur met meer dan 10 jaar ervaring in het testen van activiteiten en in draagbedrijven. De Brusselse Regering heeft ervoor gekozen om de bestaande kennis en ervaring te optimaliseren en bijeen te brengen, in plaats van een extra structuur op te richten. De geïnvesteerde middelen zullen op die manier rechtstreekser naar de doelgroepen vloeien.

De opstart van dit project zal binnen en ten voordele van het bestaande Brusselse ecosysteem gebeuren, in samenwerking met Actiris, Hub.brussels en de loketten voor sociale economie.

Dit initiatief staat ook ten dienste van zelfstandigen die het slachtoffer werden van een faillissement, of van wie de activiteit als gevolg van de crisis het economisch moeilijk heeft. De doelstelling bestaat erin het potentieel van activiteiten in moeilijkheden te valoriseren.