Besluiten inzake toezicht op gemeenten online toegankelijk

De toezichtsbesluiten die betrekking hebben op een beslissing van de gemeenteraad of het college zullen gepubliceerd worden op de website van Brussel Plaatselijke Besturen.

Sinds mei worden alle besluiten van de toezichthoudende overheid tot schorsing of nietigverklaring van een beslissing van een gemeenteraad of college gepubliceerd op de website van Brussel Plaatselijke Besturen.

Deze beslissing van de Brusselse minister voor Plaatselijke Besturen, Bernard Clerfayt, vergemakkelijkt de toegang tot de adviezen van de toezichthoudende overheid en verbetert de transparantie. Weer een stap naar goed bestuur!

Meer toegankelijke informatie voor iedereen

“Mijn doel is om een corpus aan rechtspraak te creëren. Deze adviezen zijn nuttig voor de plaatselijke besturen die aldus de motivering van de verschillende beslissingen en de punten die in de ogen van de toezichthoudende overheid belangrijk zijn, kunnen achterhalen. Door alle toezichtsbesluiten op één plaats samen te brengen, worden ze bovendien gemakkelijker toegankelijk”, legt Bernard Clerfayt uit.

Deze maatregel streeft ook een andere doelstelling van de DéFI-minister na: transparantie voor goed bestuur.

“Er kan geen goed bestuur zijn zonder transparantie. Het is een van de fundamenten van onze democratie. Het is dus volkomen logisch om de toezichtsbesluiten te publiceren en voor iedereen zichtbaar te maken”, voegt de minister eraan toe.

Bij deze publicaties zal rekening worden gehouden met de uitzonderingen waarin de regels betreffende de AVG voorzien. De gepubliceerde toezichtsbesluiten kunnen geraadpleegd worden op de website van Brussel Plaatselijke Besturen.

De toezichthoudende autoriteit controleert of gemeentelijke beslissingen in het algemeen belang zijn

In het Brussels Gewest kan de regering, via de minister van Plaatselijke Besturen, een beslissing van een gemeente goedkeuren, schorsen of vernietigen. Aktes van gemeenteraden en colleges worden aldus voorgelegd aan de gewestelijke toezichthoudende overheid, die gemiddeld 30 dagen de tijd heeft om zich uit te spreken.

Overheidsopdrachten voor werken, bevordering van het gemeentepersoneel, begrotingen en rekeningen, enz. Al deze beslissingen kunnen worden voorgelegd aan de toezichthoudende overheid, die nagaat of zij passend of in het algemeen belang zijn. Deze autoriteit kan ook een zaak onderzoeken op basis van een klacht.

Competentiebalans en opleidingstraject voor werkzoekenden

Competentiebalans en opleidingstraject voor werkzoekenden

Om de begeleiding van werkzoekenden door Actiris te versterken, heeft de Brusselse Regering besloten een beoordeling van de professionele, taalkundige en digitale vaardigheden in te voeren voor alle werkzoekenden. Doel: nagaan of de vaardigheden van de Brusselaars aangepast zijn aan de behoeften van de arbeidsmarkt.

De competentiebalans zal gepaard gaan met een traject naar werk via bedrijfsstages en/of opleidingen. Werkzoekenden die langer dan een jaar ingeschreven zijn, jongeren en vrouwen krijgen voorrang.

Een nakende inwerkingtreding

Beide maatregelen, de competentiebalans en het traject naar werk, treden in werking op 1 september 2023. Het ontwerp van ordonnantie van de Brusselse minister van Werk en Beroepsopleiding, Bernard Clerfayt, zal op 14 juni worden voorgelegd aan de Commissie Economische Zaken van het Parlement en op 30 juni aan de plenaire vergadering.

Een in overleg met de werkzoekende opgesteld traject

“Opleiding is essentieel om dichter bij de arbeidsmarkt te komen. Er is evenwel geen sprake van het opleggen van de opleidingsrichting. Het is aan de werkzoekende om zijn of haar weg naar de arbeidsmarkt te kiezen, want het is niet de bedoeling dat iemand gedwongen wordt een loopbaan te overwegen in een sector die hem of haar niet interesseert. Dit zou noch de gedwongen werkzoekende, noch de werkgevers ten goede komen. Het zou niets anders zijn dan een verspilling van overheidsgeld”, voegt de DéFI-minister eraan toe.

Het kwalificatieniveau verhogen

"De Brusselse arbeidsmarkt is een veeleisende markt waar een hoog kwalificatieniveau wordt gevraagd", herinnert Bernard Clerfayt ons eraan. In deze context moet het kwalificatieniveau van werkzoekenden dringend worden verhoogd. En daarvoor zijn opleidingen of bedrijfsstages onontbeerlijk.

2 miljoen euro voor sport voor kinderen jonger dan 10 jaar

De Brusselse Regering lanceert een projectoproep om de sportinfrastructuren voor kinderen jonger dan 10 jaar te verbeteren.

Om het sportaanbod voor kinderen jonger dan 10 jaar te verbeteren, schrijft het Brussels Gewest een nieuwe projectoproep voor de gemeenten uit. Met welke doelstelling? Een leemte vullen in het aanbod aan sportvoorzieningen voor de initiatie van sport voor kinderen jonger dan 10 jaar, of de bestaande infrastructuur aanpassen.

Het aanbod in de gemeenten vergroten

Op voordracht van Bernard Clerfayt heeft de Brusselse Regering ingestemd met de lancering van een nieuwe projectoproep ter versterking van het aanbod aan buurtsportinfrastructuren voor jonge kinderen. Er werd een bedrag van 2 miljoen euro voorbehouden voor de financiering van de verschillende projecten. De gemeenten hebben tot en met 31 juli 2023 de tijd om hun kandidatuurdossiers in te dienen.

“Sport leidt tot sociaal contact, brengt mensen bijeen, is vormend en zorgt voor persoonlijke ontwikkeling. Sport draagt bij aan een goede algemene gezondheid, stimuleert het zelfvertrouwen en brengt de burgers waarden bij die essentieel zijn om harmonieus samen te leven. Deze talrijke voordelen moeten eveneens ten goede komen aan jonge kinderen. Om die reden nodig ik de gemeenten uit om infrastructuren voor te stellen die het bevorderen van hun fysieke activiteit mogelijk maken”, verklaart Bernard Clerfayt.

Een brede waaier aan voordelen

Het is een feit: sport heeft talrijke voordelen. Voornamelijk voor onze gezondheid, maar niet alleen daarvoor. Sport versterkt ook de sociale cohesie in de wijken en zorgt voor plezier en ontspanning.

Burgemeesters en schepenen krijgen genderneutrale sjerp in kleuren van Gewest

Binnenkort een verandering voor de sjerpen van de schepenen van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest

Bernard Clerfayt, de Brusselse minister van Plaatselijke Besturen, vernieuwt de sjerp van de burgemeesters en schepenen om hem meer te laten aansluiten bij het Brusselse DNA en bij de vervrouwelijking van de functie. De Regering heeft in eerste lezing haar goedkeuring gehecht aan het ontwerp van besluit tot wijziging van de sjerp van de lokale mandatarissen.

“De tijd is gekomen om de sjerp van de lokale mandatarissen te moderniseren en hem meer af te stemmen op de Brusselse realiteit. Vandaag telt het Brussels Gewest vijf vrouwelijke burgemeesters en ik ben blij dat de functie vervrouwelijkt. We moeten de manier waarop de sjerp gedragen wordt, dus aanpassen en geen onderscheid meer maken tussen de geslachten”, stelt Bernard Clerfayt, de Brusselse minister van Plaatselijke Besturen.

Kenmerken die dateren van 1837…

Drie verticale banden – zwart, geel en rood – met zilverkleurige franjes voor de burgemeesters en twee banden – geel en zwart – met rode franjes voor de schepenen. Zo zien de sjerpen van de Brusselse lokale mandatarissen er vandaag uit. De kenmerken van deze sjerpen worden vastgesteld door koninklijke besluiten die dateren van … 1837. Sindsdien is de bevoegdheid geregionaliseerd en de functie geëvolueerd.

De kleuren van de sjerpen van de schepenen – geel en zwart: de kleuren van Brabant – worden aldus vervangen door de kleuren van het Brussels Gewest – blauw en geel.

Op de sjerp van de burgemeester zal het officiële logo van het Brussels Gewest zoals bepaald in de ordonnantie van 12 februari 2015 worden toegevoegd. De drie kleuren van de burgemeesterssjerp (zwart-geel-rood) blijven echter ongewijzigd.

Sjerp “op z’n Frans” dragen

Het dragen van de sjerp zal overigens eenvormig worden gemaakt, “op z’n Frans”, van de linkerschouder naar de rechterhand, voor alle burgemeesters en schepenen. Er zal dus geen sprake meer van zijn om het gebruik te vermannelijken; tot nog toe werd voorgeschreven om de sjerp rond het middel te dragen.

“Oorspronkelijk was Brussel een moeras waar de gele iris in overvloed bloeide. Daarom is deze bloem het symbool van het Brussels Gewest geworden. Enkele dagen voor het Irisfeest heb ik hulde willen brengen aan onze geschiedenis en het logo van het Gewest op de sjerpen van de burgemeesters en de schepenen laten aanbrengen. Er was echter vooral haast bij, wegens de vervrouwelijking van de functie, om een genderneutrale sjerp voor te stellen die voor iedereen geschikt is”, aldus de Brusselse minister.

Deze wijzigingen zullen na de volgende gemeenteraadsverkiezingen van 2024 van kracht worden.

En in de andere gewesten?

De kleding van de lokale mandatarissen werd eveneens gewijzigd in Vlaanderen en Wallonië. In 2006 heeft het Waalse Gewest het dragen van de sjerp niet geüniformiseerd; de mandataris kan kiezen of hij de sjerp rond de taille of “op z’n Frans” draagt. Het Vlaamse Gewest heeft in 2007 de kleuren van de sjerpen gewijzigd, maar wel het genderonderscheid bij het dragen van de sjerp behouden: rond het middel voor de mannen en over de schouder voor de vrouwen.

--

De afbeelding bij dit artikel is zuiver illustratief.

Prioriteiten 2023 in de strijd tegen discriminatie bij aanwerving

Strijd tegen discriminatie bij aanwerving

Op voordracht van Bernard Clerfayt, de Brusselse minister van Werk, lanceert Brussel Economie en Werkgelegenheid een nieuwe projectoproep in de strijd tegen discriminatie bij aanwerving en ter bevordering van diversiteit op de werkvloer. De doelstellingen? De initiatieven van de ondernemingen en van de plaatselijke besturen aanmoedigen om discriminatie bij aanwerving te bestrijden en diversiteit op de Brusselse arbeidsmarkt te bevorderen.

Praktische aspecten

De projectdragers hebben tot en met 31 mei 2023 de tijd om hun dossier in te dienen. Alle informatie is beschikbaar op de website van Brussel Economie en Werkgelegenheid (zie hieronder).

Er is een bedrag van 750.000 euro voorzien om de initiatieven van de projectdragers te financieren.

Een handicap is een van de belangrijkste oorzaken van discriminatie

Voor deze editie 2023 zal voorrang worden gegeven aan de projecten die strijden tegen discriminatie als gevolg van een (zichtbare of onzichtbare) handicap.

Volgens de meest recente studie van de Universiteit Gent hebben mensen met een handicap minder kans om op sollicitatiegesprek te mogen gaan. Dit criterium zou overigens tot de drie belangrijkste factoren van discriminatie bij aanwerving behoren.

Tewerkstelling van vrouwen die het slachtoffer werden van geweld

Het Consortium ACTIV maakt bekend dat meer dan één op de vijf vrouwen in Europa het slachtoffer zou zijn van huishoudelijk geweld. Deze realiteit kan gevolgen hebben voor hun slaagkansen op de arbeidsmarkt en voor hun professionele herinschakeling. Tewerkstelling kan namelijk een middel tot empowerment zijn en een oplossing vormen om uit een gewelddadige relatie te stappen.

De hindernissen wegnemen zodat vrouwen die het slachtoffer van geweld werden, toegang krijgen tot werk, is de tweede prioriteit voor 2023.

“[…] De diversiteit van de tewerkstelling moet de diversiteit van de burgers vertegenwoordigen”

Sinds het begin van deze legislatuur werd meer dan 3 miljoen euro besteed aan projecten om discriminatie bij aanwerving tegen te gaan. Met de versterking van de discriminatietests bij aanwerving, met 15 verbintenissen om discriminatie te bestrijden, is Brussel het Gewest dat het meest investeert om alle Brusselaars dezelfde kansen te geven teneinde een job te vinden. De diversiteit van de tewerkstelling moet immers de diversiteit van de burgers vertegenwoordigen”, aldus Bernard Clerfayt.

Meer informatie op de website van Brussel Economie en Werkgelegenheid

Overeenkomst Actiris-Riziv: begeleiding naar werk

Ondertekening van de raamovereenkomst tussen Actiris en het Riziv

De nieuwe raamovereenkomst tussen Actiris en het Riziv werd op 25 april ondertekend door de minister van Werk, Bernard Clerfayt, en is een belangrijke stap voorwaarts voor de begeleiding van langdurig arbeidsongeschikten naar werk. Het akkoord is een concrete uiting van de politieke wil van de minister om het aandeel van de actieven op de arbeidsmarkt te verhogen. In 10 jaar tijd zal het Gewest het aantal begeleide werkzoekenden vervijfvoudigen. In 2013 waren het er 120, in 2024 wordt gestreefd naar 600 werkzoekenden.

Een programma op maat om terug te keren naar de arbeidsmarkt

In dit kader melden langdurig zieken zich vrijwillig aan voor het begeleidingsprogramma. Zij krijgen een programma op maat. Deze kwaliteitsvolle begeleiding zorgt ervoor dat ze toegang krijgen tot een aangepaste tewerkstelling die verenigbaar is met hun gezondheidstoestand.

Dit akkoord tussen Actiris en het Riziv moet een maximaal aantal mensen met een handicap in staat stellen opnieuw financiële autonomie te verwerven en hun vaardigheden professioneel en sociaal te ontwikkelen. Terugkeer naar de arbeidsmarkt is in de eerste plaats de beste garantie tegen het risico op armoede en sociale uitsluiting.

De verhoging van de werkgelegenheidsgraad is een sociale garantie voor de toekomst

De andere doelstelling is het verhogen van de werkgelegenheidsgraad in België. Het Brussels Gewest moet zijn steentje bijdragen om ervoor te zorgen dat ons land een werkgelegenheidsgraad van 80% bereikt. Gezien de specifieke kenmerken van het sociaal-economisch weefsel van Brussel als stedelijk gebied, wordt gestreefd naar een participatiegraad van ongeveer 73% in het Brussels Gewest.

Laten we niet vergeten dat het de sociale bijdragen van de actieve bevolking zijn die een groot deel van de sociale uitkeringen financieren. Achter deze doelstelling van verhoging van de werkgelegenheidsgraad gaan solidariteit en sociale cohesie schuil. De verhoging van de werkgelegenheidsgraad is een sociale garantie voor de toekomst.

Brussel moet haar basis van actieven op de arbeidsmarkt verbreden

Enerzijds vertegenwoordigen langdurig arbeidsongeschikten 8,9% van de potentiële actieve bevolking. Anderzijds, gezien de onmogelijkheid om vraag en aanbod op de arbeidsmarkt volledig en constant op elkaar af te stemmen, kunnen de 88.000 werkzoekenden alleen niet voldoen aan de doelstellingen om de werkgelegenheidsgraad te verhogen. Temeer daar we rekening moeten houden met de snelle  (digitale, groene, organisatorische) transities die we doormaken, de noodzakelijke lange termijn voor omscholing en het hoog vaardigheidsniveau dat in het Brussels Gewest vereist wordt.

Het verbreden van de basis van actieven op de arbeidsmarkt is dan ook een van de hoofdlijnen van dit nieuwe akkoord om de re-integratie van mensen met een handicap op de arbeidsmarkt te ondersteunen.

Een nieuw samenwerkingsprotocol

De partijen willen een groter aantal sociaal verzekerden de kans geven op een sneller traject naar werk met betere resultaten. Het is de bedoeling de procedures in het kader van deze samenwerking te vereenvoudigen, met name de medische en administratieve procedures aan het begin van het traject die een rem kunnen vormen op het starten van een programma.

Wie kan in een terug-naar-werktraject stappen?

Iedereen met gezondheidsproblemen die:

  • op vrijwillige basis stappen in de richting van werk wil ondernemen;
  • erkend is als arbeidsongeschikt (primaire arbeidsongeschiktheid of invaliditeit) in de zin van de van toepassing zijnde federale wetgeving;
  • door de adviserend arts, de  terug-naar-werk-coördinator of de arbeidsgeneesheer voor begeleiding is doorverwezen, of zich spontaan bij de bevoegde dienst voor arbeidsvoorziening heeft gemeld en behoefte heeft aan begeleiding in de vorm van een traject;

De trajecten staan open voor mensen met of zonder arbeidsovereenkomst.

Wanneer en hoe krijgen arbeidsongeschikten toegang tot het programma?

Vanaf de eerste dag van erkende arbeidsongeschiktheid kan elke persoon die aan de bovenvermelde voorwaarden voldoet, zich richten tot de TNW-coördinator van het Riziv met een aanvraag voor ondersteuning; deze ondersteuning kan ook worden aangevraagd bij Actiris en haar partners.

Het proces wordt opgestart door de adviserend arts, die eerst beoordeelt of de persoon tot de doelgroep van uitkeringsgerechtigden van de arbeidsongeschiktheidsverzekering behoort, of hij of zij in staat is om stappen naar werk te ondernemen en of daarvoor ondersteuning nodig is.

Hoe treedt Actiris op?

Actiris evalueert de behoeften van de persoon in het kader van het traject naar werk, de TNW-coördinator wordt op de hoogte gehouden van de voortgang van het traject.

Een multidisciplinair team van Actiris zorgt voor een gevarieerd dienstenaanbod, aangepast om de verzekerde ondersteuning op maat te bieden.

Actiris is voortaan als enige verantwoordelijk voor de opvolging van de socioprofessionele re-integratietrajecten en vertegenwoordigt dus alle partners van de overeenkomst. Dit impliceert een betere integratie van de verschillende partners om dit globale dienstenaanbod tot stand te brengen.

Begeleiding en opleiding gefinancierd door het Riziv

Het protocol voorziet in een financiering per traject van 4.800 euro geïndexeerd. Deze financiering is bestemd voor begeleiding en opleiding binnen de operatoren. De traditionele opleidingen, zoals de hervatting van studies hoger onderwijs, blijven ten laste van het Riziv.

Ondanks alles actief blijven op de arbeidsmarkt

Ondanks alles actief blijven op de arbeidsmarkt

De arbeidsparticipatie van vrouwen is lager dan die van mannen ondanks een hoger opleidingsniveau. Dit is overal in België het geval, maar de kloof is groter in het Brussels Gewest (verschil van 10 procentpunten).

Een van de redenen voor dit statistisch verschil is de lagere participatiegraad van vrouwen op de arbeidsmarkt. Uit de cijfers van Statbel blijkt immers dat het verschil tussen mannen en vrouwen -11,9 procentpunten bedraagt. Dit is meer dan in Vlaanderen en Wallonië.

Actief blijven op de arbeidsmarkt betekent weigeren zich bij het noodlot neer te leggen

Een ander cijfer is bijzonder significant. Ook in het Brussels Gewest blijkt uit de gegevens van Statbel dat de werkloosheidsgraad van vrouwen die actief zijn op de arbeidsmarkt lager ligt dan die van mannen.

Structurele problemen (gebrek aan kinderopvangplaatsen, slecht betaalde banen enz.) en systematische discriminatie zijn niet de enige factoren die de lagere werkgelegenheidsgraad van vrouwen verklaren. Actief blijven zoeken naar werk, tegen alle begrijpelijke ontmoedigingen in, blijft essentieel en loont altijd.

“Laten we het volgen van studies aangepast aan de realiteit van de arbeidsmarkt blijven ondersteunen, laten we de verdeling van de gezinslasten opnieuw in evenwicht brengen, laten we het nettoloon verhogen, vooral voor de lage lonen, ... allemaal maatregelen die niet onder de bevoegdheid werkgelegenheid vallen. Vrouwen aan werk helpen is werken aan emancipatie", besluit minister Clerfayt.

Gunstige trends, dus vrouwen hebben een plaats in te nemen

In het Brussels Gewest is de afgelopen 5 jaar, de werkloosheidsgraad het sterkst gedaald en de werkgelegenheidsgraad het sterkst gestegen.  Deze gunstige trends moeten de vastberadenheid van vrouwen om hun plaats in het beroepsleven in te nemen versterken.

Oudergem wint gouden label “Diervriendelijke gemeente"

Bij de uitreiking van het gouden label "diervriendelijke gemeente": Sophie de Vos, burgemeester van Oudergem en Florence Couldrey, schepen van Dierenwelzijn.

Op dinsdag 11 april, heeft de Brusselse minister van Dierenwelzijn, Bernard Clerfayt, het gouden label "Diervriendelijke gemeente" overhandigd aan de gemeente Oudergem. Dit label beloont de Brusselse gemeente die zich het meest heeft ingezet voor het dierenwelzijn, met de financiële steun van het Gewest.

Gemeenten kunnen dierenwelzijn verbeteren

Zorgen voor een harmonieus samenleven van de Brusselaars en de dieren is een uitdaging. De stedelijke omgeving is niet altijd aangepast aan de behoeften van dieren: gebrek aan hondenlosloopzones, bevolkingsdichtheid, lawaai,...

Als lokale speler kunnen de gemeenten een rechtstreekse impact hebben op het leven van duizenden dieren. Daarom lanceerde het Brussels Gewest in 2022 de derde editie van het label "Diervriendelijke gemeente". Het doel is de ontwikkeling van initiatieven ten gunste van het dierenwelzijn aan te moedigen, met financiële steun die varieert van 7.000 tot 9.000 euro, afhankelijk van de omvang van de gemeente.

Hoe verkrijg je het label “Diervriendelijke gemeente”?

De gemeenten stellen een reeks projecten voor en voldoen aan ten minste 8 van de 13 vastgestelde criteria. Deze omvatten onder meer de inrichting van een hondenlosloopzone, de toekenning van een sterilisatiepremie, een verbod op vuurwerk, hondenopleidingen en de opvang 24/7 van verloren gelopen dieren.

In totaal hebben 17 gemeenten het label 2022 gekregen. Tot de meest vernieuwende projecten behoorden de oprichting van een "memory wall" ter nagedachtenis van de overleden dieren in Evere, de organisatie van een feest rond het thema dierenwelzijn in Anderlecht en het bezoek aan het asiel van Veeweyde door de scholen van Sint-Agatha-Berchem.

EHBO voor dieren

De grote winnaar van deze derde editie is de gemeente Oudergem. Ze volgt aldus Elsene en Schaarbeek op die in 2020 en 2021 het gouden label wonnen.

Oudergem is de enige gemeente die aan alle criteria voldoet. Haar projecten omvatten onder meer de organisatie van opleidingen voor politiepersoneel over eerste hulp aan dieren en de sensibilisering voor hondentaal.

"Ik feliciteer de gemeente Oudergem met dit gouden label, evenals de andere gemeenten die allemaal hebben geïnvesteerd in dierenwelzijn. Ik ben verheugd over de groeiende belangstelling voor dit label, wat bevestigt dat dierenwelzijn een belangrijk maatschappelijk thema is geworden voor onze stadsgenoten. Ik lanceer in 2023 ook een nieuwe editie die zal focussen op de sterilisatie en identificatie van katten", zegt Bernard Clerfayt, de Brusselse minister van Dierenwelzijn.

 

--
Foto: Bij de uitreiking van het gouden label "diervriendelijke gemeente": Sophie de Vos, burgemeester van Oudergem en Florence Couldrey, schepen van Dierenwelzijn.

Polen Opleiding-Werk hebben al bijna 15.000 mensen opgeleid

Polen Opleiding-Werk hebben al bijna 15.000 mensen opgeleid

In 2021 en 2022 hebben de vier Polen Opleiding-Werk van het Brussels Gewest bijna 15.000 personen voor 52 verschillende beroepen opgeleid. De sectoren die kunnen gebruikmaken van een Pool Opleiding-Werk, zijn sectoren die op zoek zijn naar talrijke profielen op de arbeidsmarkt: de bouw, het transport, de digitale technologie en de technologische industrie.

Vooral werkzoekenden in de vier Polen Opleiding-Werk

Logisticity, Construcity, Technicity en Digitalcity zijn de vier Polen Opleiding-Werk. Een Pool Opleiding-Werk is een unieke structuur in het Brussels Gewest. Hij verenigt de publieke actoren van de beroepsopleiding (Bruxelles Formation, VDAB Brussel en EFP-SFPME), de publieke actor van tewerkstelling (Actiris) en de professionele sector. Hun opdracht? Opleiding en tewerkstelling in een bepaalde sector organiseren, uitwerken en bevorderen.

Alle aangeboden opleidingen richten zich tot zowel werknemers als werkzoekenden. In 2021 werden 6.707 mensen opgeleid in een van de vier Polen, van wie 4.048 werkzoekend was. In 2022 waren dat er 7.832, van wie 4.646 werkzoekenden, of respectieve stijgingen met 17% en 15%.

71% van de opgeleide werkzoekenden vindt een job

Nog beter: de impact van de Polen Opleiding-Werk kan afgemeten worden aan het aantal mensen dat een job vindt. Uit een recente studie van View.brussels blijkt dat 54% van de werkzoekenden een contract krijgt na twee jaar werkloosheid, tegenover 71% als het om werkzoekenden gaat die een opleiding hebben gevolgd. In Technicity bijvoorbeeld stijgt dat percentage van tewerkstelling zelfs tot 89,5%.

Tot slot zijn de uitvalpercentages relatief laag en tussen 2021 en 2022 zijn ze gedaald. Voor Construcity zakte het van 23,6% tot 19%, voor Digitalcity van 17% tot 9,6%, voor Logisticity van 16,4% tot 5,4% en voor Technicity van 26,1% tot 11,3%.

Een nieuwe oproep voor subsidies ter ondersteuning van Brusselse dierenasielen

De schuilplaatsen vervullen een essentiële publieke taak.

De Brusselse asielen kijken niet op een inspanning om de dieren te beschermen en hun lot te verbeteren: sensibilisering, opvang, redding,... Om die reden zullen ze, op voordracht van de Brusselse minister van Dierenwelzijn, Bernard Clerfayt, kunnen gebruikmaken van een subsidie die maximaal 9.500 euro bedraagt.

Jaarlijks verblijven meer dan 5.000 dieren een tijdje in een van de Brusselse asielen. Het gaat hoofdzakelijk om katten en honden, maar ook om vogels, reptielen en knaagdieren

Een belangrijk werk

Sensibilisering, redding, vorming,… Hun werk is belangrijk en draagt bij tot een leven in harmonie tussen alle inwoners van het Gewest.

Duidelijke steun

Als reactie op deze vaststelling heeft de Brusselse minister van Dierenwelzijn beslist een nieuwe subsidieoproep uit te schrijven ter ondersteuning van de Brusselse asielen. Zij zullen een bedrag tot 7.000 euro kunnen verkrijgen om hun infrastructuur in te richten, om materiaal en uitrusting aan te kopen of om deel te nemen in de kosten voor diergeneeskundige zorg en de aankoop van voeding en speelgoed.

“De Brusselse asielen vervullen een essentiële opdracht van openbare dienstverlening door te zorgen voor verdwaalde, achtergelaten en inbeslaggenomen dieren. Het spreekt voor zich dat wij de asielen ondersteunen. Zij lijden net als iedereen onder de stijgende prijzen en kunnen niet uitsluitend op solidariteit rekenen. Ik hoop hen met deze subsidieoproep nuttige ondersteuning te bieden voor de voortzetting van hun opdrachten", stelt Bernard Clerfayt.

De subsidie zal overigens verhoogd worden met een bedrag tot 2.500 euro om de asielen te helpen bij het betalen van hun energiefacturen.